Hij ging trouw naar de les, was erg actief in het studentenleven en werd zich recent preses van studentenclub Chemica verkozen. Toch schreef Frederick V. zich nooit in als student. Hij legde dus ook geen examens af. Zijn medestudenten hebben nooit iets vermoed. Het bedrog werd ontdekt door professoren. Zij wilden de nieuwe preses contacteren, maar vonden geen studentenmailadres van hem.
Het nieuws veroorzaakte eind vorige week ophef op de banken van de aula’s aan de UGent. De krant Het Laatste Nieuws bracht het gisteren uit. Milan Roels, de nieuwe preses van Chemica, wil niet reageren en verwijst door naar Stephanie Lenoir, de woordvoerster van de UGent.
Voorbeeldige student
Zij bevestigt het verhaal: ‘Het vertrouwen van de studenten is zwaar geschaad. Ze vormden een vriendengroep. Ook buiten die ene studentenvereniging echoot het verhaal na. Hoe zouden we zelf zijn, als een vriend van ons niet blijkt te zijn wie hij al zo lang beweert te zijn?’
De chemiestudenten vertelden Lenoir hoe V. voor alles een plausibele verklaring had. ‘Als ze hem vroegen waarom hij niet aanwezig was bij de schriftelijke examens, zei hij dat hij een medisch attest had waardoor hij zijn examen onder andere omstandigheden mocht afleggen. Nog volgens de studenten lette hij goed op in de aula en beheerste hij de materie. Waarom hij zich nooit ingeschreven heeft aan de universiteit, is voor ons een mysterie.’
Sinds de fraude is ontdekt, heeft Frederick V. zich niet meer vertoond. Als hij zou opdagen, zal hij gevraagd worden om de universiteitsgebouwen te verlaten, zegt Renoir. ‘Iedereen is op de hoogte.’
In kluwen verstrikt
Het verhaal is uitzonderlijk, maar niet uniek. ‘Het gebeurt nóg dat studenten verhalen ophangen die niet kloppen. Meestal zijn ze wel ingeschreven en zijn ze ook echt aan de studie begonnen. Met het oog op studievordering gebeurt het dat sommigen ten onrechte beweren geslaagd te zijn. Er zijn studenten die dat langer dan een jaar volhouden. In de eerste plaats tegenover hun ouders, maar ook tegenover anderen. Hoe langer het duurt, hoe meer ze in hun eigen kluwen van leugens verstrikt raken.’
‘In sommige gevallen plegen ze zelfs schriftvervalsing. Dat is natuurlijk een ernstige zaak, die strafrechtelijk vervolgd kan worden.’
‘Een derde groep zijn de kandidaat-studenten die bij hun inschrijving vroegere getuigschriften of diploma’s vervalst hebben, om aan een bepaalde master te kunnen beginnen. Dit zien we iets vaker bij buitenlandse studenten, maar gelukkig gebeurt het niet zo heel vaak.’
Het pad van de leugen
Sarah Vermeersch, studentenpsychologe aan de UGent, vergelijkt het met iemand die ontslagen wordt op zijn werk, maar toch nog elke dag de trein neemt. ‘Ik zou niet direct slechte intenties vermoeden’, zegt ze. ‘Stond de jongeman onder druk van zijn omgeving? Legde hij zichzelf die druk op vanwege een bepaalde verwachting over jong-zijn, en hoorde daar volgens hem het studentenleven bij? Eens je het pad van de leugen inslaat, kom je in een hele spiraal terecht.’
Ook Koen Lowet, woordvoerder van de Belgische psychologen, verwijst naar identiteitsontwikkeling: ‘In die leeftijdsfase is contact met leeftijdsgenoten erg belangrijk. Je zoekt een groep waarin je je identiteit kunt opbouwen, en voor deze man was het duidelijk erg belangrijk om dat in het studentenmilieu te kunnen doen.’
‘Er kunnen ook financiële motieven meespelen, of intellectuele redenen waardoor hij zich niet kon inschrijven. Hoe dan ook, roept dit vragen op over zijn ouders of anderen in zijn omgeving: wisten zij dan van niets? Of stond de jongeman op eigen benen? Het zijn vragen die alleen hijzelf kan beantwoorden.’
Initiatief bij nepstudent
Lowet begrijpt dat dit verrassend is voor de echte studenten, maar denkt dat de onthulling vooral een klap voor de betrokkene is. ‘Ik maak mij zorgen over zijn welzijn, als ik het verhaal hoor. Zijn hele wereld ligt nu aan diggelen.’
Ook studentenpsychologe Vermeersch denkt dat de klap voor de betrokkene groot zal zijn. ‘Hij had blijkbaar iets te verbergen over zichzelf, dat nu ineens op tafel ligt.’ Zal zij hem opzoeken om hulp aan te bieden? ‘Nee, dat niet. Hij is geen student aan onze universiteit. Maar wij zullen de studenten die nauw contact met hem hadden, wel onze gegevens bezorgen zodat ze die aan hem kunnen doorspelen. Hij mag ons contacteren als hij hulp nodig heeft. Wij laten het initiatief aan hem.’