Anderhalve week geleden maakte de politie de huizen van meer dan 250 arme bewoners van Wazir Akbar, de duurste wijk van Kabul, met inboedel en al met de grond gelijk. Donderdag beschuldigde Miloon Kothari, huisvestingsexpert van de Verenigde Naties, de Afghaanse politie ervan hiermee de mensenrechten te hebben geschonden. Volgens hem zijn de huizen gesloopt ten behoeve van ,,rijke regeringsvertegenwoordigers met de juiste contacten''. Hij zei dat de grond waarop de huizen stonden weliswaar waarschijnlijk eigendom is van het ministerie van Defensie, maar dat veel families al meer dan dertig jaar in de huizen woonden.

Kothari pleitte voor het ontslag van betrokken ministers, omdat ze het beleid van de regering, dat is gericht op het helpen van het armste deel van de bevolking, hebben ondergraven. De onafhankelijke Afghaanse mensenrechtencommissie gaf zaterdag de namen vrij van meer dan dertig regeringsvertegenwoordigers die achter de sloop van de huizen zouden zitten. Onder hen bevinden zich de ministers van Defensie, Onderwijs, Nutsbedrijven en Stedelijke Aangelegenheden.


Raketten afgeschoten op VN-vredesmacht
De VN-vredesmacht in Afghanistan, Isaf, maakte zondag bekend dat in Kabul op 11 september vijf raketten zijn afgeschoten die de Isaf tot doelwit hadden. Volgens Isaf-woordvoerder Manfred Wittig is het geen toeval dat de aanvallen op 11 september zijn uitgevoerd, precies twee jaar na de aanslagen in de Verenigde Staten. Waarschijnlijk zitten leden van de Taliban of Al-Qaeda er achter, zei hij. Een Canadees raakte lichtgewond door scherven.

In de provincie Paktika in het zuidoosten van Afghanistan hebben vermoedelijke Taliban-rebellen zaterdag een politiebureau aangevallen en in brand gestoken. Niemand raakte gewond, aldus de politie.