Ook op de internationale markten scoren de Belgische ICT-bedrijven minder goed: het aandeel van de sector in de totale Belgische export is relatief klein (8 pct), terwijl België dan weer meer ICT-producten en -diensten invoert.
Zorgwekkend is dat België de laatste jaren terrein verliest inzake het aantrekken van buitenlandse ICT-investeringen, en dat de sector qua technologiegraad relatief laag scoort.
De onderzoekers stellen daarom voor dat de Belgische technologiebedrijven zich zouden specialiseren, ofwel tot een internationale speler in een bepaalde niche, ofwel als toeleverancier van een Belgische dochter van een multinational. Rond zo'n 'vlaggenschip' zou zich dan een netwerk van ondernemingen kunnen ontwikkelen.
De federatie Agoria van haar kant verklaart dat de studie als basis zal dienen voor een dialoog met de overheden. ,,Zonder vruchtbare grond geen oogst, het omgevingsklimaat voor ICT in België kan beter'', luidt het. De federatie wijst op de noodzaak aan ,,kennisvaardigheden'' en de inzet van ,,gespecialiseerd menselijk kapitaal'', wat momenteel omwille van fiscale redenen duur is. In deze twee elementen ligt de grootste uitdaging voor het beleid, meent Agoria.
De federatie heeft een heleboel voorstellen, gaande van het aanmoedigen van wetenschappelijke studies bij de jeugd, een financiële stimulans voor R&D-onderzoek tot de maatschappij sneller vertrouwd maken met ICT-toepassingen.
Eind 2003 telde de sector ongeveer 1.000 bedrijven met meer dan 10 werknemers. Alles samen zijn in de ICT zo'n 100.000 banen, waarvan drievierde in dienstverlening.