FRANKFORT, LONDEN (reuters, eigen berichtgeving) -- De Europese Centrale Bank (ECB) houdt haar richtinggevende kortetermijnrente onveranderd op 3,25 procent. Dat besliste de directie gisteren op haar eerste vergadering van het jaar. De meeste economisten hadden verwacht dat de ECB rekening zou houden met tekenen die wijzen op een beginnend herstel van de Europese economie.
Woensdag raakte bekend dat de industriële productie in de eurozone weliswaar nog steeds afneemt, maar minder snel dan in november of oktober. De inflatie, die midden dit jaar nog rond 3,25 procent schommelde, is afgenomen tot 2,1 procent. Nog een fractie verwijderd dus van de doelstelling van de ECB.
Economisten hebben de groeiende indruk dat het ergste voor de Europese economie nu wel achter de rug is en dat het nog slechts een kwestie van maanden is voor de groei herneemt. Dat was gisteren ook de boodschap van Wim Duisenberg, na afloop van de ECB-vergadering.
Analisten zien de rente nog met ten minste een kwart procentpunt zakken in februari, zodra de inflatie onder de 2 procent is gezakt. In afwachting heeft de ECB ook haar marginale debet- en creditrentetarieven onveranderd gelaten op respectievelijk 4,25 en 2,25 procent. Zij vormen eigenlijk de limieten van de ,,tunnel'' waarbinnen de marktrentetarieven moeten blijven.