Tommelein stelde dat in bepaalde gevallen hard moet kunnen worden opgetreden. Hij vindt wel dat de tekst van het akkoord veel evenwichtiger is dan hij wordt voorgesteld. Het kamerlid wijst er op dat er ook wordt voorzien in heel wat middelen voor begeleiding, bemiddeling, enzovoort.

'Je mag de discussie niet toespitsen op één punt om te zeggen dat het een zeer repressief akkoord is naar minderjarigen toe', aldus het kamerlid. Hij wijst er ook op dat over heel wat punten in het akkoord moet worden overeengekomen met de gemeenschappen.

Ook senator Hugo Vandenberghe (CD&V) waarschuwde ervoor niet alles op een hoopje te gooien. Hij wees er op dat het akkoord niet voorziet in de mogelijkheid tot een echte uithandengeving van criminele minderjarigen tussen 14 en 16 jaar.

Ze kunnen worden overgedragen naar een bijzondere kamer binnen de jeugdrechtbank, waarin twee jeugdrechters en een correctionele rechter zetelen. Die kunnen verschillende maatregelen nemen en de jongeren desgevallend opsluiten tot maximaal 23 jaar, met een jaarlijkse controle, stelde de senator.

Volgens Vandenberghe worden we 'onbetwistbaar geconfronteerd met een verruwing van de samenleving'. 'De wet heeft ook een preventieve, afschrikkende werking (...) Dus is het belangrijk dat we meer criminaliteit op het terrein meer efficiënt kunnen aanpakken.'

Dat automatisch wordt teruggegrepen naar de toepassing van het strafrecht, is volgens hem volstrekt onjuist. 'Het gebeurt allemaal in het kader van de bestaande voorwaarden van het jeugdrecht', aldus Vandenberghe.