Op het terreurproces zijn de gemoederen even hoog opgelopen tijdens de getuigenis van Walter Benjamin, die zijn been verloor bij de aanslag op Brussels Airport. Hij haalde een Koran boven en zei dat de beschuldigden het heilige boek hebben vernederd. Sofien Ayari en Salah Abdeslam gingen hierop hevig in het verweer, waarna voorzitter Laurence Massart de zitting even schorste.
‘Staat er in de Koran dat mensen zich moeten opblazen, vermoorden? Neen! Door hun daden hebben deze mensen het meest heilige van de islam vernederd’, aldus Benjamin, die terwijl de Koran in de lucht hield en ermee zwaaide in de richting van de beschuldigden. Voorzitter Massart maande de getuige aan niet te provoceren. ‘Ik provoceer niemand. Jullie zijn moordenaars’, riep hij.
Daarop kwam er ook reactie uit de box van de beschuldigden. Vooral Sofien Ayari reageerde fors en uitte verwijten naar de getuige, waarop ook Salah Abdeslam op de kar sprong. ‘Ik weiger me te laten vertellen dat ik de koran heb beledigd’, aldus Ayari. Abdeslam repliceerde: ‘Wij lijden hier. We hebben helemaal niets gedaan’.
Na een vijftiental minuten werd het proces hernomen en waren alle partijen gekalmeerd, al verscheen Osama Krayem niet meer in de box. Benjamin zei verder dat ‘niet alle moslims terroristen zijn’ en bedankte Hassan, de man die zijn leven heeft gered op die bewuste 22 maart. Hij beëindigde zijn getuigenis met een laatste uithaal naar de beschuldigden. ‘Ik denk dat hun plaats is voorbehouden in de hel.’
De getuigenis van Benjamin, die op weg was naar zijn dochter in Tel Aviv op de dag van de aanslagen, stond verder in teken van een uithaal naar de Belgische staat, die volgens hem amper iets gedaan heeft om de slachtoffers te helpen. ‘Ik word nog elke dag geconfronteerd met verzekeraars die extra documenten vragen. België heeft ons sinds 22 maart 2016 compleet in de steek gelaten’, klonk het. Benjamin was ook kritisch voor de advocaten die de beschuldigden verdedigen, maar die doen volgens voorzitter Massart ‘ook enkel maar hun werk’.
Verdediging aan het woord
Voor het eerst sinds het begin van de getuigenissen van de slachtoffers nam de verdediging achteraf het woord. Eerst bedankte Xavier Carrette, advocaat van Ibrahim Farisi die als vrije man verschijnt, de getuige met klem voor zijn getuigenis. Laura Pinilla, advocate van Mohamed Abrini, nam dan weer het woord in naam van haar collega Stanislas Eskenazi. Die had volgens Benjamin op de Franstalige openbare omroep RTBF gezegd dat het een ‘eer’ is om zijn cliënt te verdedigen. Benjamin vond dat niet normaal, want ‘niemand staat te springen om de slachtoffers te verdedigen’. Pinilla benadrukte dat haar collega en zij al dagen met pijn in het hart naar de slachtoffers luisteren en een immens respect hebben voor hen, ‘maar dat het niet normaal is dat een advocaat bijna in de beschuldigdenbox geplaatst wordt terwijl die gewoon zijn job doet’.
Ook haar cliënt vroeg en kreeg het woord. Hij maande de voorzitter aan om de slachtoffers te verbeteren wanneer zij het hebben over ‘moordenaars en terroristen’. ‘In Parijs zijn ook mensen vrijgesproken die in de box zaten, hier zijn ook mensen die er niets mee te maken hebben. Het is uw rol om mensen te stoppen’, aldus Abrini. ‘Ik trek mijn plan’, reageerde voorzitter Massart, met een glimlach. ‘Soms zit ik er wat naast, maar ik doe mijn best.’