België wil met waterstof niet eindigen zoals met olie en gas
Foto:  Daimler Truck AG

De federale regering past haar waterstofplannen aan, om een te grote afhankelijkheid van enkele producerende landen te vermijden.

De regering-De Croo zet in op waterstof die wordt gemaakt met windenergie uit de Noordzee of wordt aangevoerd via pijpleidingen uit Zuid-Europa en Noord-Afrika. Ze stuurt zo haar waterstofstrategie bij met meer aandacht voor diverse import, zodat ons land niet te afhankelijk wordt van een beperkt aantal landen met een bedenkelijk imago zoals dat met olie en gas het geval is.

Het grootste gedeelte van de waterstof zal via schepen worden aangevoerd uit landen als Oman en Namibië. Dat zijn landen met een groot potentieel aan hernieuwbare energie, waarmee ze erg goedkoop groene waterstof kunnen maken om naar Europa te verschepen.

De waterstof is bedoeld voor activiteiten die niet zomaar kunnen overschakelen op elektriciteit, zoals de zware industrie, delen van het vrachtverkeer en de scheepvaart.

‘Er zijn volop kansen voor België om de waterstofpoort naar Europa te worden’, zegt minister van Energie Tinne Van der Straeten (Groen). ‘Onze havens zijn wereldklasse en de bestaande aardgasinfrastructuur is vrij eenvoudig aan te passen voor waterstof. We zijn ook zeer goed verbonden met onze buurlanden, waar de vraag naar waterstof groeit.’

Daarnaast is er meer aandacht voor strategische opslag van waterstof en voor de versterking van België als de draaischijf voor invoer en doorvoer. De federale regering schat dat er in 2030 20 terawattuur (TWh) invoer nodig zal zijn om de binnenlandse vraag en de doorvoer naar de buurlanden te dekken. Tegen 2050 wordt dat tussen 200 en 350 TWh.

Dat is al flink meer dan in het oorspronkelijke waterstofplan de bedoeling was. Toen was er sprake van maximaal 165 TWh tegen 2050. Ter vergelijking, een kerncentrale als Doel 4 produceert in goede jaren een kleine 8 TWh.

In de regering wordt de vergelijking gemaakt met de aanleg van de haven van Zeebrugge in de jaren zeventig. Die investering maakt nu dat we massaal LNG kunnen invoeren en niet met de problemen van gasbevoorrading kampen waar Duitsland mee te maken heeft. Waterstof kan ook zo’n manier zijn om voorop te blijven, zegt minister Van der Straeten.

De federale regering trekt een kleine 500 miljoen euro uit om in de komende zes jaar de nodige investeringen in een waterstofnetwerk te doen. Een deel van het geld is afkomstig van het Europese herstelplan.

Waterstof kan op verschillende manieren worden aangemaakt. Klassiek gebeurt dat vooral met aardgas, maar daar komt CO2 bij vrij. Waterstof op basis van hernieuwbare energie wordt gemaakt via elektrolyse met grote hoeveelheden elektriciteit. Dat is geen efficiënt proces, zodat het best gebeurt op plaatsen waar hernieuwbare elektriciteit ruim en goedkoop voorhanden is, en op voorwaarde dat de waterstof alleen wordt gebruikt als er geen klimaatneutrale alternatieven beschikbaar zijn.

Wist je dat je ook zonder abonnement elke maand 3 betalende  plus-artikels kunt lezen?

Lees gratis ›

Vul je e-mailadres en wachtwoord in