Vlaams minister van Onderwijs Ben Weyts betreurt dat de tweede en derde graad na de verlengde herfstvakantie verplicht worden tot gedeeltelijk afstandsonderwijs. De onderwijskoepels zijn vooral opgelucht dat het contactonderwijs nog grotendeels overeind blijft.
Vlaams minister van Onderwijs Ben Weyts (N-VA) maakt zich grote zorgen over de nieuwe maatregelen. In de verlenging van de herfstvakantie tot 15 november kan hij zich vinden, maar de verplichting voor scholen in de tweede en derde graad van het secundair onderwijs om gedeeltelijk over te schakelen tot afstandsonderwijs betreurt hij.
Vanaf 16 november (tot minstens 1 december) zal men in die jaren maximaal 50 procent contactonderwijs mogen geven.
Weyts is ongerust over de jongeren ‘voor wie school eigenlijk de enige veilige haven is.’ En ook ‘de scholen die dit niet willen, ook de scholen die dit niet kunnen, ook de scholen met zeer veel kwetsbare leerlingen’, stemmen hem tot ongemak.
Het Overlegcomité kondigde vrijdagavond een ‘verstrengde lockdown’ af. Die gaat vanaf maandag in en zal minstens zes weken duren. Premier De Croo spreekt van ‘de maatregelen van de laatste kans’ voor de zorg en roept op tot solidariteit.
Onderwijskoepels wel tevreden
Minder treurnis bij de onderwijskoepels. Daar zijn ze tevreden dat het grootste deel van de leerlingen nog voltijds naar school kan komen. ‘We moeten nu door de zure appel heen bijten, zodat we hopelijk daarna zo snel mogelijk opnieuw alle leerlingen, cursisten en studenten op school kunnen verwelkomen’, verklaart Lieven Boeve, directeur-generaal van Katholiek Onderwijs Vlaanderen.
‘We hadden strengere maatregelen zien aankomen gezien de problematische evolutie van de cijfers’, reageert Raymonda Verdyck, afgevaardigd bestuurder van het GO!. ‘Positief in deze verstrengde maatregelen is dat het grootste deel van de leerlingen nog voltijds naar school kan komen en dat we ook voor de leerlingen van de tweede en derde graad secundair onderwijs nog 50 procent contactonderwijs kunnen aanbieden.’
Scholen kunnen dit zelf invullen, rekening houdend met hun eigen lokale context, klinkt het bij het GO!. ‘Scholen met een groot aanbod aan praktijkvakken kunnen zich op een andere manier organiseren dan scholen met een overwegend aso-aanbod. Zo kunnen we nog altijd elke leerling op school blijven bereiken en de nodige ondersteuning blijven bieden. We moeten daarbij extra aandacht hebben om dit ook voor de kwetsbare jongeren waar te maken.’ De koepel benadrukt dat het al veel geleerd heeft tijdens de vorige lockdown en beter invulling kan geven aan afstandsonderwijs.
Boeve wijst er nog op dat scholen er niet alleen voor staan. ‘Net zoals tijdens de eerste lockdown ondersteunt onze pedagogische begeleiding onze schoolteams bij het aanbieden van afstandsonderwijs en het nauw betrokken houden van elke leerling bij het schoolse gebeuren’, besluit hij.
