‘Waarom heeft de N-VA op voorhand het parlement niet samengeroepen om te debatteren over de nieuwe Europese commissaris? De fractie had dat perfect kunnen doen’, stelt vicepremier Alexander De Croo (Open VLD). ‘Nu verontwaardigd reageren is al te gemakkelijk.’
N-VA-fractieleider Peter de Roover beweert dat er op geen enkel moment overleg is gepleegd en de aanwijzing van Reynders dus niet democratisch legitiem verlopen is. Maar volgens De Croo heeft premier Charles Michel (MR) wel degelijk overleg gepleegd met alle fracties om de keuze voor Reynders voor te leggen. Die keuze kon de regering in lopende zaken overigens zonder overleg maken.
‘Wat was het alternatief?’, vraagt De Croo. ‘Dat wij als land, de hoofdstad van Europa, niemand zouden voordragen? Dat is helemaal geen oplossing. Bovendien moet de N-VA maar eens zeggen wat ze niet goed vindt aan Reynders. Ik hoor Siegfried Bracke (N-VA) zélf zeggen dat Reynders het beste is wat ons land op Europees vlak te bieden heeft.’
De houding van de Vlaams-nationalisten is ‘puur voor de galerij’, besluit De Croo. ‘Drie maanden na de verkiezingen staan we nog nergens met de vorming van de federale regering. Dat ergert mij mateloos. De aanwijzing van Reynders had een doorstart kunnen zijn, als men de beslissing had gekaderd binnen een beginnende formatie. Maar de N-VA heeft anders beslist. Ik vind dat een gemiste kans.’
Niemand weet hoe het nu verder moet op federaal vlak, aldus De Croo. ‘Men vraagt ons voortdurend wie de nieuwe premier wordt als Michel en Reynders vertrekken, maar ik wil zelfs niet discussiëren over die vraag. Er resten nog drie maanden, tijd genoeg om een federale regering te vormen. De N-VA doet schamper over het “uitzendkantoor” dat de regering geworden is, maar wij vrágen niet liever dan zo snel mogelijk ontslag te kunnen nemen. Het wordt tijd dat de grootste Nederlandstalige partij haar verantwoordelijkheid opneemt.’