Wie zich tijdens een looptochtje ergert aan bananenschillen, peuken en blikjes in de graskant, raapt ze beter meteen zelf op.
‘Plogging’, heet de uit Zweden overgewaaide trend. Hier en daar organiseerden ook Belgische vrijwilligers al een plogging-dag, maar in Leuven gaan ze een stap verder. Daar schopt plogging het tot in de bestuursnota van het nieuwe stadsbestuur. Het maakt volwaardig deel uit van het actieplan tegen zwerfvuil.
‘We breiden onze vrijwilligerswerking uit en plogging past daarin’, zegt de bevoegde schepen Thomas Van Oppens (Groen). ‘We willen in heel Leuven vrijwilligers aan de slag krijgen, natuurlijk zonder te verzaken aan onze eigen plicht. We zijn van plan om er campagnes rond op te zetten, want we willen graag een van de properste centrumsteden blijven.’ Zwerfvuil is een groot probleem in Vlaanderen: jaarlijks worden duizenden tonnen afval geruimd, en dat kost meer dan 60 miljoen euro per jaar. ‘Zwerfvuil opruimen is erg arbeidsintensief, omdat je bijvoorbeeld sigarettenpeuken een per een moet oprapen met een grijper’, zegt Nathalie Debast van de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten (VVSG). ‘De hulp van vrijwilligers is daarom belangrijk voor steden en gemeenten.’
Vuil trekt vuil aan
Voortaan gaan joggen met een grote plastic zak dus? ‘Als je elke keer één stuk opraapt, maak je al een verschil. Want vuil trekt vuil aan: andere mensen gooien minder snel iets weg in een propere omgeving. Plogging maakt de geesten rijp. Wie ooit iets heeft opgeraapt, zal zelf niet snel meer iets weggooien.’