Want Diana Debrito, zoals ze echt heet, weet hoe ze haar zelfverklaarde ‘urban jazz’ op smaak moet brengen. Cutting edge r&b met jazzy ondertoon, beetje hiphoptoetsen, een sluwe popvibe en wat exotische frullen die haar Angolese en Portugese roots een zilveren randje geven. Ze werkte niet voor niets samen met jazzvernieuwers als Flying Lotus.
Neem ‘Drippy’, een rauwe mix van luie trap, zoemende electro en jazzy geploink voorzien van een stel potige lyrics. ‘Yeah, my niggas built to drip/ Sampled all over your shit, bitch’, spuwde ze. ‘You need to catch the drips/ Drip drip, got a whole lotta sauce, gimme a jar nigga’. Op die momenten besefte je: IAMDDB hééft het.
Maar meteen na die opener wilde de Britse al kushandjes gooiende pancartes uit het publiek verzamelen en het podium uitgebreid zegenen met een wierrookstokje. En zo haalde ze na elke song werkelijk élke spat vaart uit haar set. Even een spliff ronselen bij haar fans. Check. Nog wat bordjes oppikken. Check. Leuteren over hoe geweldig het wel is om in ‘Belgiuuuum!’ op te treden. Check. Vragen aan de lichtman of het podium helemaal roze kan kleuren. Check!
De in een hagelwitte hoodie gehulde dj, die ons vooraf nog ‘Humble’ van K-Dot had voorgeschoteld, overbrugde de pauzes met wat jazzy loopjes. Maar zelfs hij wist niet meer wat draaien bij het zoveelste rondje gepalaver.
Goed, de lome r&b-jazz van ‘Drip city’ gedijde goed in de wolk marihuana. In ‘Pxssycat’ klauwde IAMDDB als een kat die je maar beter niet zonder handschoenen aanpakt. En radiohitje ‘Shade’ kreeg zelfs, nu ja, de hele tent mee. Je kon alleen maar denken: hier zat zoveel meer in.
‘J’espère qu’elle a fumé un bon joint’, krabde een fan links van ons zich in het haar. Het moet inderdaad straf spul geweest in de backstage. Dat ze nog eens wou terugkomen, zei IAMDDB toen de veel te grote Barn al bijna helemaal leeggelopen was, ‘om een hele namiddag weed te roken, te drinken en te kletsen'. Had ze dat nu net niet gedaan?