Seksueel wangedrag kwam bij Oxfam niet alleen in Haïti en Tsjaad voor. De hulporganisatie kwam de voorbije dagen in opspraak, nadat was gebleken dat medewerkers er feestjes en orgieën met prostituees hielden. Maar ook in Europa was er sprake van seksueel misbruik.
Helen Evans, tot enkele jaren geleden wereldwijd verantwoordelijk voor de veiligheid van het personeel en de medewerkers (‘safeguarding’) bij Oxfam Groot-Brittannië, onderzocht tussen 2012 en 2015 enkele beschuldigingen van seksueel misbruik binnen de organisatie. ‘Wat gebeurd was in Haïti, was onvergeeflijk, en de organisatie wilde iets doen’, schreef Evans in een verklaring die ze via Twitter verspreidde. ‘Maar Haïti was geen geïsoleerd incident.’
De beschuldigingen waren ernstig. In één geval werd een vrouw tot seks gedwongen in ruil voor hulpverlening. In een ander geval werd een tienermeisje dat als vrijwilligster werkte in een Britse Oxfamwinkel seksueel aangerand door een personeelslid.
Niet ernstig genomen
Toen Evans ontdekte dat dergelijke praktijken wel erg wijdverspreid waren in de organisatie, trok ze naar eigen zeggen aan de alarmbel. Maar haar vraag om meer ondersteuning en meer middelen te krijgen voor haar team – bij Oxfam waren op dat moment twee werknemers, samen 1,4 voltijdse functies, specifiek met ‘safeguarding’ belast – werd niet ernstig genomen.
Een vertrouwelijk onderzoek bij personeel in drie landen waar Oxfam actief was, waaronder Zuid-Soedan, toonde aan dat ongeveer 10 procent van het personeel zei getuige of slachtoffer te zijn geweest van seksueel misbruik. In één land was zelfs 7 procent van het personeel naar eigen zeggen getuige of slachtoffer geweest van regelrechte (pogingen tot) verkrachting.
Maar met het rapport dat Evans daarover in december 2014 presenteerde, gebeurde niets. ‘De volgende maand kregen we drie beschuldigingen binnen van kindermisbruik in onze winkels, en twee beschuldigingen van seksuele uitbuiting van begunstigden van hulp (seks in ruil voor hulp, red.).’ Toen Evans opnieuw meer middelen vroeg, werd dat weer op de lange baan geschoven. Toen besliste ze de organisatie te verlaten, ‘diep bezorgd en gefrustreerd dat er geen ernstige bekommernis was om dingen te veranderen’.
Oxfam betuigde gisteren in een mededeling zijn spijt dat het niet ‘sneller en met meer middelen’ heeft gereageerd op Evans’ rapporten. ‘We hebben het aantal mensen in ons safeguarding-team verdubbeld van twee tot vier, en we zijn nog twee mensen aan het rekruteren.’
Het schandaal dreigt nog verder te escaleren. Evans stapte in 2015 ook naar de Charity Commission, die toezicht houdt op ngo’s. Ze vreesde dat de schaal van het seksueel misbruik zelfs nog veel groter was dan wat tot dan toe geweten was door Oxfam. Vooral het feit dat jonge vrijwilligers in de Britse winkels het risico liepen op seksueel misbruik, baarde haar zorgen.
Maar ook bij de Charity Commission ving ze bot. Evenals bij verschillende andere overheidsinstellingen, zoals het departement voor Internationale Ontwikkeling, Binnenlandse Zaken en de Britse kinderrechtencommissaris. Toen stopte ze.
‘Niet ouder dan 14’
Pas toen in oktober vorig jaar bleek dat de Charity Commission op basis van een artikel in The Times over Oxfam een onderzoek had geopend, nam ze opnieuw contact op en werd ze uitgenodigd voor een gesprek.
De vermoedens van Evans dat het seksueel misbruik heel wijdverspreid was, werd bevestigd door een anonieme klokkenluider in de Daily Mail. Volgens hem of haar zijn er in Oxfam-winkels in het Verenigd Koninkrijk in negen jaar tijd zeker 123 jonge vrijwilligsters seksueel lastiggevallen. Sommigen waren niet ouder dan veertien. Volgens de krant heeft Oxfam nooit de antecedenten (en de strafbladen) van zijn vrijwillige medewerkers gecheckt.