Om de begroting van dit jaar op koers te houden, verplicht de regering-Michel de federale overheidsdiensten om nog eens 402,6 miljoen euro te blokkeren – op een budget van in totaal zo’n 23 miljard euro. Dat blijkt uit een rondzendbrief die De Standaard kon inkijken. Tegen begin volgende week moeten alle departementen aangeven wat in het vriesvak kan. Vooral Financiën (min 138,4 miljoen) en Ontwikkelingssamenwerking (min 125 miljoen) worden geviseerd.

Op die manier moeten de administraties dus minder uitgeven dan nochtans toegezegd was in de oorspronkelijke begroting voor 2016. Die verplichte ‘onderbenutting’ is ondertussen al fors opgetrokken tot  1,14 miljard euro.

Binnen de overheidsdiensten valt deze verholen besparing en cours de route slecht. En dat terwijl de administraties deze regeerperiode al 10 procent lineair moeten besparen op de uitgaven. ‘Dit doet pijn’, vertelt een betrokkene. ‘Voor sommige overheidsdiensten wordt dit een erg zware dobber. Een troost is wel dat de kredieten enkel voor dit jaar geblokkeerd worden, maar niet definitief geschrapt zijn. Voorlopig toch.’

Justitie, Binnenlandse Zaken en de Federale Politie moeten de extra inspanning niet leveren, leert de brief. Maar opvallend, ook de kabinetten van de ministers zijn  vrijgesteld. De uitgaven voor de kabinetten stijgen dit jaar zelfs lichtjes van 54,2 naar 54,3 miljoen euro. Dat blijven natuurlijk kleine bedragen in het licht van de totale begroting. Maar het is ook de administraties niet ontgaan dat de regering haar eigen ‘hofhouding’ ontziet bij de besparingen. ‘Niet iedereen heeft evenveel last van de  besparingen, nee.’