De nieuwe immosite Realo zorgt voor de nodige heisa. ‘Laat ons niet bang zijn van open data. Iedereen went maar beter aan het idee dat overheden deze datasets in de toekomst nog meer met het publiek zullen delen’, zegt minister van Digitale Agenda Alexander De Croo. Toch heeft staatssecretaris voor Privacy Bart Tommelein de Privacycommissie gevraagd een blik te werpen op de website.
De immowebsite Realo maakt voor elke buurt in ons land een zogenaamd ‘sociaal profiel’ aan. Daarvoor maakt de site onder meer gebruik van allerlei databronnen van de overheid. Bedoeling is om potentiële kopers een beeld te geven van de woonbuurt waarin ze terecht zullen komen. Het idee voor zo’n platform komt overwaaien uit de Verenigde Staten.
De informatie die de site aanbiedt, is behoorlijk verregaand. Je kan er niet alleen te weten komen welke scholen en supermarkten in de buurt van een te koop aangeboden woning liggen. Ook geeft Realo het gemiddelde inkomen van de buren aan, tot zelfs hun opleidingsniveau en etnische afkomst.
Niet bang zijn
‘Laat ons niet bang zijn van open data', reageert minister De Croo (Open VLD). 'De berg data waarover een overheid beschikt, is niet van de overheid, maar van het publiek. Iedereen went maar beter aan het idee dat overheden deze datasets in de toekomst nog meer met het publiek zullen delen.’
Als gevolg van de digitalisering zitten overheden op een gigantische berg data. Er bestaat geen onderwerp - gaande van consumptiecijfers en de uitstoot van koolstof per geografische regio, tot het geneesmiddelenverbruik of beschikbare parkingplaatsen - of één of andere overheid beschikt wel over de nodige datasets.
‘Open data zijn de toekomst. Voorbeelden in binnen- en buitenland leren dat door datasets open te stellen, weliswaar altijd volledig geanonimiseerd, je een belangrijke impuls geeft aan de creatieve en digitale sector.’
‘Die gaan trouwens vaak op een veel creatievere manier met deze data om dan de overheden zelf en maken zo het leven van mensen makkelijker’, luidt het. Bovendien, merkt De Croo op, hebben overheden geen monopolie op het creëren van maatschappelijk toegevoegde waarde met de gegevens die het publiek ter beschikking stelt.
Niet zomaar
Zijn partijgenoot Bart Tommelein maakt zich wel zorgen en heeft de Privacycommissie nu gevraagd een blik te werpen op Realo. De oprichters gaan er van uit dat ze geen wetten overtreden. ‘Al onze cijfers en statistieken komen uit tientallen databronnen van de overheid, die wij aan elkaar koppelen’, klinkt het. Maar Tommelein benadrukt dat de gegevens echter niet zomaar voor alles kunnen worden aangewend.
Het Centrum voor Gelijke Kansen meent dat de site aanzet tot discriminatie. Kamerlid David Geerts (SP.A) zit op dezelfde golflengte. ‘Dat een website het aantal snoepwinkels en cafés in mijn buurt vermeldt, is geen probleem. Maar specifieke informatie over het aantal nationaliteiten en socio-economische gegevens, is wel een schending van de privacy en pure discriminatie’, zegt Geerts.
Ook Vlaams parlementslid Ann Brusseel (Open VLD) is niet te spreken over de site. ‘Hier wordt een grens overschreden’, zegt ze. ‘Wanneer men statistieken die de overheid verzamelt om sociaal beleid te voeren, gaat gebruiken voor commerciële doelen en als één van die doelen is om latent racistische klanten te bedienen, is dat verwerpelijk’, aldus Brusseel.
Zestiende
In ons land staat het gebruik van open data nog maar in de kinderschoenen. De Europese Commissie zet België pas op de zestiende plaats van de 28 EU-landen wat betreft het gebruik van open data. We hebben dus nog een hele weg af te leggen’, zegt De Croo.