Eén op de tien breekt zwangerschap af bij aangeboren afwijking
Foto: belga
Tien procent van de toekomstige moeders die te horen krijgen dat hun kind een aangeboren afwijking heeft, laat de zwangerschap afbreken. In de provincie Antwerpen heeft 2,7 procent van de kinderen een aangeboren afwijking, of iets meer dan het Europese gemiddelde.

Antwerpen is de enige Vlaamse provincie die exact registreert hoeveel kinderen er met een aangeboren afwijking worden geboren, levend of dood. Het waren er tussen 1989 en 2012 liefst 9.843, of 2,7 procent van het aantal geregistreerde geboorten. Het gemiddelde voor Europa komt op 2,43 procent.

Zwangerschapsafbreking

Vera Nelen, directeur van het Provinciaal Instituut voor Hygiëne preciseert: ‘In ongeveer tien procent van alle aangeboren afwijkingen kiezen de ouders voor een afbreking. Maar per afwijking zien we enorme schommelingen over de jaren heen. In sommige jaren wordt 90 procent van de zwangerschappen na diagnose van spina bifida of open rug afgebroken, in andere jaren 30 procent. Voor downsyndroom heb ik hooguit tot 60 procent afbrekingen aangetroffen. De verschillen per jaar zijn zo groot, omdat het telkens om weinig kinderen gaat.’

De afwijking die het vaakst tot een afbreking leidt, is anencefalie, waarbij een foetus geen of weinig hersenontwikkeling heeft.

Een aangeboren afwijking wordt in een op de drie gevallen opgemerkt tijdens de zwangerschap. Nog eens ruim een op de drie keer gebeurt dat pas bij de geboorte. Elf procent van de ouders hoort het nieuws tijdens de eerste levensweek van hun kind.