Acht op de tien bedrijven uit de chemie, kunststoffen en life sciences ondervinden hinder van de syndicale actie in de provincies Antwerpen, Limburg, Henegouwen en Luxemburg. Bij drie kwart van de bedrijven is meer dan de helft van het personeel wel aan het werk.
Dat blijkt uit een bevraging bij de leden-bedrijven van Essenscia, de federatie van de chemische industrie, kunststoffen en life sciences. De federatie is bezorgd om de internationale imagoschade van de acties en vraagt de vakbonden om het sociaal overleg te hervatten.
’De syndicale actiedag laat zich voelen bij 81 procent van de bedrijven uit de chemische en farmaceutische industrie’, luidt het. Volgens een bevraging bij leden-bedrijven is bij drie kwart van de bedrijven meer dan de helft van het personeel aan het werk. Bij zes op de tien bedrijven is de productie door de syndicale actie evenwel verstoord.
‘Maandagochtend mocht het personeel dat noodzakelijk is om de minimumdienst te verzekeren, de meeste bedrijven binnen. Essenscia hoopt dat ook de latere shiften toegelaten zullen worden op de bedrijfsterreinen’, klinkt het nog.
‘Dit komt investeringsklimaat niet ten goede’
Koen Laenens, directeur Sociale Zaken bij Essenscia, vreest voor het investeringsklimaat: ‘De sector van de chemie, kunststoffen en life sciences speelt in een zeer concurrentieel internationaal veld. Een dergelijke productiestoring wordt met argusogen geëvalueerd en zal duidelijk ons investeringsklimaat niet ten goede komen. Het helpt ons zeker niet om investeringen aan te trekken en zo werkgelegenheid te creëren.’
Om de competitiviteit en de jobs in deze sector te vrijwaren, vraagt essenscia de vakbonden om het sociaal overleg te hervatten. ‘We vragen de vakbonden om constructief mee te denken tijdens het sociaal overleg hoe we de competitiviteit, en dus de jobs van onze mensen, kunnen veilig stellen’, zegt Yves Verschueren, gedelegeerd bestuurder van Essenscia.