De Kamerdebatten van de voorbije week doen N-VA-voorzitter Bart De Wever denken aan ‘een vismijn’. ‘Daar wordt ook geroepen, getierd en met rotte vis gegooid’.
Dat zegt De Wever in een interview met De Zevende Dag, zijn eerste sinds zijn terugkeer uit China, waar hij de voorbije week op zakenreis was. Hij nam het daarin nogmaals op voor zowel Theo Francken, Jan Jambon en de besparingen die de regering wil doorvoeren.
Het Facebookbericht van staatssecretaris Francken over de economische waarde van migranten uit de Maghreb vond De Wever wel ‘heel provocatief’, maar Francken gaf dat bij aanvang van het bericht ook aan. Maar dat er excuses kwamen leek de voorzitter wel goed te keuren. ‘Als je dat bericht nu leest en je geeft daar een bepaalde intentieverklaring aan, dan voelen die groepen zich gekwetst. Dan kan je dat beter terugnemen’.
De ophef over collaboratieuitspraken van minister Jambon noemde De Wever ‘surrealistisch’, zeker als je de situatie zoals hij vanuit China moet volgen. De Wever stelde duidelijk dat de collaboratie ‘fout’ was, ‘zowel principieel als tactisch’. Voor de Vlaamse beweging was dat dan ook ‘een behoorlijk zwarte bladzijde’. ‘Maar ik ben geboren in 1970. Mag ik bezig zijn met problemen van deze eeuw in plaats van met zaken uit de eerste helft van de vorige eeuw?’
De Wever blokte ook de kritiek af dat de regering zou staan voor een hard en asociaal beleid. ‘Ik heb gezegd dat het niet gezellig zou zijn de eerste jaren. We moeten de tering naar de nering zetten. Als een gezin systematisch meer uitgeeft dan binnenkrijgt, zal daar op een bepaald moment de deurwaarder staan’, maakte hij de vergelijking met de overheidsfinanciën. ‘Er zijn dus geen alternatieven’.
Bekijk het fragment: