De zwaargewonde speleoloog Johann Westhauser is door zijn reddingsteam dit weekend weer iets dichter bij de begane grond gebracht. Iets meer dan de helft van de weg door het Riesending-Schachthöle, Duitslands diepste en langste gangenstelsel, is afgewerkt, maar het moeilijkste moet nog komen.
De Beierse Bergwacht meldt op zondag dat ze zich nu op 900 meter diepte bevinden. Vanaf het nu bereikte kamp 4 gaat het de komende dagen steil naar boven.
De speleoloog was vorige week zondag met twee begeleiders onderweg, toen hij plots door een vallende rots werd geraakt. Daarbij liep hij zo’n zware hersenschudding op dat hij de grot niet meer op eigen kracht kon verlaten. Een van de begeleiders was teruggekeerd om alarm te slaan, de andere was bij de gewonde gebleven. Vrijdagavond werd begonnen met zijn evacuatie. Via de radio liet hij “vriendelijke groeten aan zijn familie” overbrengen. Hij voegde eraan toe dat hij zich comfortabel voelde op zijn draagberrie.
Zaterdag begon de tocht tot kamp 4: een tocht van een kilometer langs een gang die bijna helemaal horizontaal door de berg loopt. Zondag werd dat bivak bereikt, waar de redders een lange rustpauze inlasten. Na die rustpauze volgt het moeilijkste deel: bivak 3 is enkel te bereiken door een spiegegladde wand te beklimmen. Een Oostenerijks alpinistenteam heeft dat stuk al voorbereid op het transport. Het kan twee dagen duren voor Westhauser en co dat kamp bereiken.
Volgens de Bergwacht is Westhausers toestand stabiel. Er wordt rekening mee gehouden dat het transport naar het daglicht een week zal duren.
In totaal zijn zowat 100 redders betrokken bij de actie.
