De strijd tegen het radicalisme en het terrorisme is meer dan ooit een nationale en Europese politieke en budgettaire prioriteit. Dat zegt vicepremier en minister van Binnenlandse Zaken Joëlle Milquet (cdH) zondag in een persbericht naar aanleiding van de aanhouding van een Franse verdachte in de zaak van de schietpartij in het Joods Museum in Brussel.
Milquet is tevreden dat de verdachte door de Franse politie kon worden aangehouden in het kader van versterkte controles waarover de ministers van Binnenlandse Zaken van de twee landen hadden beslist, in het kader van de versterking van de gerichte controlemaatregelen in de strijd tegen criminaliteit en terrorisme.
Minister Milquet herinnert aan de ‘talloze veiligheids- en opvolgingsmaatregelen’ die werden genomen, onder meer het oprichten van een task force Syrië waaraan alle veiligheidsdiensten wekelijks deelnemen en het oprichten van het platform van “returnees”.
“Het platform van returnees screent op basis van alle beschikbare informatie, alle Belgische individuen of andere die niet verblijven in België en die uit Syrië terugkeren. Voor elk profiel, en op basis van de elementen van het dossier, wordt een verdeling gemaakt tussen de diensten en volgt er ofwel een aanhouding, of een gerechtelijke vervolging, of nog, wanneer er geen gerechtelijk dossier is geopend, is er een opvolging door een inlichtingendienst of door de lokale politie.”
Milquet stipt nog aan dat ze recent heeft beslist om de cel terrorisme van de FGP van Brussel voor 2014 met ongeveer 80 politiemensen te versterken. Andere zullen nog volgen, luidt het.
Samen met haar Franse collega’s Manuel Valls en diens opvolger Bernard Cazeneuve, heeft Milquet een groep opgezet van Europese ministers van Binnenlandse Zaken om de samenwerking tussen de staten te versterken. Er hebben al verschillende vergaderingen plaatsgevonden. De volgende is gepland donderdag, in de marge van de Raad Justitie Binnenlandse Zaken in Luxemburg, om concrete elementen te bespreken met betrekking tot de uitwisseling van informatie zoals de opvolging van de teruggekeerde Syriëstrijders.