'Ik raak gewend aan koude, mijn bezoekers niet'
Foto: Filip De Smet

Ik bracht afgelopen weekend een bezoek aan de bibliotheek. Als mijn sociaal leven dan toch op een laag pitje komt te staan, heb ik meer tijd om te lezen. De bibliothecaresse die van mijn actie hoorde, stopt me spontaan een DVD toe: “Miss Homeless”, een film van Daniel Lambo. Die zal ik zeker eens bekijken.

Brussels parlementslid Carla Dejonghe probeert een maand te overleven op 180 euro, het bedrag dat Miss Dakloos overhoudt van haar uitkering na aftrek van alle vaste kosten. Voor De Standaard houdt ze een dagboek bij.

Op straat blijven mensen me aanspreken en succes wensen. Ze bedoelen het goed, maar uiteindelijk probeer ik gewoon vier weken wat vele mensen dag in dag uit moeten doen: de eindjes aan mekaar knopen met een beperkt budget, in de hoop dat er geen onvoorziene zaken gebeuren.

Vzw Corvia belde me met een aantal nieuwe voorstellen. Op dinsdag zal ik ingaan op de uitnodiging van vzw Operatie Thermos, die minder gegoede mensen in contact wilt brengen met parlementsleden. Zo kunnen beide partijen eens naar elkaar luisteren bij een tas koffie.

Mister Dakloos, Gregory, woonde dit weekend het huwelijksfeest van de peter van zijn dochtertje bij. Hij heeft een aantal videospelletjes verkocht zodat hij een fles aftershave als huwelijkscadeau en de treintickets kon kopen. Zulke verhalen stemmen telkens opnieuw tot nadenken.

Water in de mond

In mijn brievenbus steken er enkele reclameblaadjes, die ik even doorblader. Bij vzw Corvia gooien ze reclamefolders altijd onmiddellijk weg opdat niemand in de verleiding zou komen om spullen te gaan kopen die hij of zij niet nodig heeft. Ik begrijp nu waarom, bij sommige etenswaren komt het water me nu ook in de mond.

Mijn moeder was overstuur. Ze had naar een televisiedebat gekeken en kon maar niet begrijpen waarom er zulke nijdige en kwetsende opmerkingen werden gemaakt aan mijn adres. Een moeder blijft een moeder. Ik vind het erger dat er een debat wordt gevoerd over het feit of ik deze actie al dan niet zou moeten doen, eerder dan over het feit wat er zou kunnen ondernomen worden voor mensen die het moeilijk hebben.

Zondagnamiddag kwamen een vriendin en haar partner op bezoek om me een hart onder de riem te steken. Ik heb hen een verwarmende koffie aangeboden, maar lang zijn ze niet gebleven. In ben ondertussen wat gewend geraakt aan de koude in huis, maar mijn bezoekers duidelijk niet. We praatten onder meer over de grote voedselverspilling. Tot voor kort moesten supermarkten echter btw betalen op voedselschenkingen waardoor het voor hen goedkoper was om voedsel weg te gooien in plaats van het te schenken aan de voedselbanken, een absurde praktijk.

Die btw-maatregel werd afgelopen zomer gelukkig afgeschaft. De distributiesector is trouwens zeer welwillend om hun onverkochte voedingswaren te schenken aan hulporganisaties, verschillende supermarkten hebben zelfs al privé-initiatieven opgezet. Zo schonk Colruyt in 2011 bijna 240 ton voeding aan de Voedselbanken. De sector heeft vooral nood aan logistieke ondersteuning opdat alle goederen op tijd op de juiste plaatsen kunnen geraken, hier komt heel wat organisatie bij kijken. In het Brussels parlement wordt hierover een wetsvoorstel ingediend, dat wij zeker zullen steunen.

Maar de grootste voedselverspilling gebeurt vooral door de gezinnen. Bijna de helft van alle groenten en fruit wordt bijvoorbeeld niet opgegeten. En daar kunnen we zelf allemaal iets aan doen.