Corrigeren kan beter
Tom Naegels__Antwerpen____© Jimmy Kets Foto: Jimmy Kets

Fouten rechtzetten moet niet alleen in de papieren krant gebeuren, maar ook online. Zeker omdat digitale artikels eeuwig opvraagbaar zijn. De online rubriek ‘Correcties en Aanvullingen' moet een prominente plaats krijgen in de balk bovenaan de homepage, vindt Tom Naegels .

Eigenlijk wilde ik weten hoe vaak een droge rechtzetting, in de rubriek Correcties en Aanvullingen , geen recht deed aan de fout die de krant had gemaakt. Dat naar aanleiding van een minuscuul stukje, ‘Bus met kinderen tegen 100 km per uur over besneeuwde wegen' (13 maart), met daarin: ‘Het ging om een bus van het Boechoutse bedrijf Lauwers, waarvan een autocar betrokken was bij het ongeval in Sierre.'

Dat laatste was fout, en dat werd ook gemeld (‘Bij het ongeval in Sierre, een jaar geleden, was geen bus betrokken van Reizen Lauwers uit Boechout', 14 maart), maar dat vond ik onvoldoende, omdat die halve zin ook een verband suggereerde met het ongeval – ‘dit is al de tweede keer dat een bus van dit bedrijf met kinderen in de problemen komt' – ja, zelfs een mogelijke verklaring ervoor – ‘roekeloos rijgedrag bij winterweer komt blijkbaar vaker voor'. In zo'n geval, vind ik, past het om de fout omstandiger recht te zetten, en ook excuses te maken. (Journalist Tom Ysebaert, die de feitelijke fout erkent en betreurt, vindt wel dat ik overdrijf met mijn interpretatie. Hij bedoelde die halve zin, zo zegt hij me, als niet meer dan een geheugensteun voor de lezer: ‘U kent deze firma ook nog van…')

Dus toen dacht ik: laat ik nagaan of dit vaker voorkomt. Ik heb dus de recentste vijftig artikels gelezen waarvoor een rechtzetting is gepubliceerd. En dat viel mee: er was maar één ander stuk. Dat ging over het zwart geld in het voetbal (‘De deal was zo verleidelijk', 8 december 2012), en meldde dat de financieel directeur van Beerschot zelf-incriminerende uitspraken had gedaan. ‘De financieel directeur heeft met de zaak niets te maken' las ik een week later. Ik dacht: die man verdiende beter.

Online

Met dat tellen kwam ik wel iets anders te weten. Van de vijftig artikels die ik zo heb bekeken, werden er slechts veertien online gecorrigeerd. In 36 gevallen blijft de versie met de fout dus in het archief zitten, zonder dat eruit kan worden afgeleid dat de krant een rechtzetting heeft geplaatst. In de artikels die wel gecorrigeerd werden, is de fout bovendien stilzwijgend verwijderd. In slechts één geval staat erbij: ‘Dit is een licht aangepaste versie van het oorspronkelijke commentaarstuk' (‘Niet Koen maar Orpheus Geens', 7 maart 2012), maar ironisch genoeg maken de aanpassingen de fout niet ongedaan. (Twee klassieke verhalen waar de sirenen in figureren, worden met elkaar verward, en dat blijft zo.) En er is wel een online rubriek Correcties en Aanvullingen , maar die zit vrijwel onvindbaar in de deep structure van de site, en bovendien kun je van daaruit niet doorklikken naar het stuk waar de rechtzetting bij hoort.

Me dunkt zien we hier een resultaat van de voorlopig onaffe overgang van een papieren naar een digitale uitgeefcultuur. Redacteurs van de papieren krant denken in termen van papier: maken ze een fout op maandag, dan wordt die dinsdag in een andere rubriek rechtgezet. Dat lukt omdat hun lezer lineair leest: hij is fysiek verplicht om alle artikels minstens even te bekijken, terwijl hij de bladzijden omslaat, en hij heeft de gewoonte om dat iedere dag te doen. Zowel de repo als de rechtzetting wordt automatisch, los van elkaar, digitaal gearchiveerd, en ook als ‘gearchiveerd' bekeken. Pas als de journalist gaat vragen aan de redactie van De Standaard Online om zijn stuk te updaten of te corrigeren, gebeurt dat.

In een digitale omgeving echter staat elk artikel op zich. Geen enkele digitale lezer gaat spontaan de Correcties en Aanvullingen aanklikken om te checken of het stuk dat hij net gelezen heeft, toevallig niet werd aangevuld of gecorrigeerd. Bovendien blijven digitale artikels eeuwig beschikbaar en zijn ze eenvoudig op te roepen, waardoor ze langer vers blijven. Een lezer die een schoolwerkje moet maken over Hugo Chavez, gaat al snel in het archief van De Standaard diens necrologie van 5 maart opzoeken – en dan is het belangrijk te weten dat de interimregering van Pedro Carmona, die Chavez kort afloste, al na twee dagen de handdoek in de ring gooide, en niet na twee maanden. (Die fout was nog niet rechtgezet. Bij dezen.) Stukken die alleen digitaal verschijnen, en dus door de redactie van De Standaard Online geschreven zijn, worden dan ook in de loop van de dag geüpdatet, onder meer op basis van correcties die lezers doorsturen, zonder dat er een apart register van ‘rechtzettingen' voor wordt bijgehouden.

Ik denk dat beide systemen geïntegreerd moeten worden. De online rubriek Correcties en Aanvullingen moet volgens mij een prominente plaats krijgen in de balk bovenaan de homepage. Hij hoort alle fouten op te sommen, niet enkel die uit de papieren De Standaard . Bij elke melding komt er een link naar het artikel in kwestie. En onderaan dat artikel zou dezelfde rechtzetting moeten verschijnen. Let wel: onderaan. Een stilzwijgende correctie, zowel in een digitaal als in een oorspronkelijk papieren stuk, is verwarrend: plots vertelt de krant iets anders, zonder dat aan de lezer wordt uitgelegd waarom.

En als dat gelukt is, moeten we erover denken hoe die rechtzettingen ook hun weg kunnen vinden naar GoPress, het digitale archief van de Vlaamse pers.