Moeten we niet blij zijn met meer wild in Vlaanderen?

‘Niet met alle wild. Everzwijnen vormen echt een populatie apart. Ze kweken ongelooflijk goed en kunnen grote afstanden afleggen. Het dier is niet zo onschuldig als het lijkt.’

 Hoezo?

‘Ze woelen de grond om. Als een groep everzwijnen naar eten heeft gezocht, lijkt het wel of er een grote ploeg over de akker is gegaan. Ze maken de gewassen en de bodem kapot. De Boerenbond heeft een meldpunt voor schade door wild opgericht. We kregen al 350 meldingen binnen, voor een totaal bedrag van drie miljoen euro. Dat gaat niet alleen om schade door everzwijnen, maar ook door houtduiven, ganzen, konijnen, hazen en ander wild.’

Konijnen, ganzen... Het lijkt wel of geen enkel dier nog welkom is voor de Boerenbond.

‘Natuurlijk wel. Boeren werken in de natuur. Ze weten heel goed dat hun gewassen kwetsbaar zijn voor wilde dieren. Maar de meeste populaties zijn onder controle te houden. In de fruitteelt gebruikt men netten om vogels weg te houden. En in de akkerbouw mogen
boeren ook buiten het jachtseizoen een beroep doen op jagers als ze te veel schade ondervinden.’

En dus wilt u ook de everzwijnen laten afschieten?

‘Inderdaad.’

Allemaal?

‘Ja, omdat het in tegenstelling tot andere wildsoorten ongelooflijk moeilijk is om everzwijnen gecontroleerd te bejagen. Wij vragen daarom een wetswijziging aan de minister van Milieu Joke Schauvliege. Momenteel mag er alleen gejaagd worden tussen zonsopgang en zonsondergang, maar everzwijnen leven ’s nachts. Overdag verschuilen ze zich, onder meer op plaatsen waar niet gejaagd mag worden.’

U vraagt om ‘s nachts te mogen jagen?

‘Ja, en we vragen ook om de dieren te mogen lokken. Dat is nu verboden. Let wel, het is niet onze bedoeling dat elke boer een tweeloop boven haalt. Het jagen moet door erkende jagers gebeuren.’

Is er echt geen alternatief?

‘De administratie Natuur en Bos stelt voor om gebieden af te bakenen voor everzwijnen.
Praktisch is dat niet haalbaar. Geen enkel everzwijn leest een bord dat zegt waar het wel en niet mag komen. En eten zoeken ze doorgaans niet in natuurgebieden.’

De milieubeweging denkt daar vast anders over.

‘Dat zijn inderdaad geen gemakkelijke onderhandelingen. De milieubeweging ziet de ecologische waarde van de everzwijnen, wij de economische schade die ze aanrichten.’

Hoe verklaart u dat die everzwijnen terug zijn?

‘De grootste concentratie zit in Limburg. Daar steken ze gewoon de grens over uit Wallonië. Een tweede concentratie vinden we in de bossen rond Brugge. Ze verplaatsten zich via de snippers natuurgebied die verspreid liggen over Vlaanderen.’

Everzwijnen zijn dus een signaal dat de natuur zich herstelt.

‘In zekere zin wel, maar ze horen hier niet thuis. Everzwijnen hebben geen habitat in Vlaanderen. Daarvoor is onze regio te dichtbevolkt. Everzwijnen vormen trouwens niet alleen voor de landbouw een probleem, maar ook voor de veiligheid. Vlaanderen is een dicht netwerk van wegen. En everzwijnen zoeken geen zebrapad om een baan over te steken.’

Hoe gaat men in Wallonië om met everzwijnen?

‘De schade is daar veel kleiner dan in Vlaanderen. Everzwijnen hebben in Wallonië
meer natuurlijke ruimte om te leven en zich te voeden.’

Toch erg dat wij die ruimte niet hebben.

‘Vlaanderen is klein en wordt maximaal benut. We willen alles: landbouw, industrie, een huis met een tuin, stukken natuur. Als Boerenbond doen wij veel inspanningen voor natuurherstel, maar er zijn grenzen. Everzwijnen blijven beter in Wallonië.’