KINSHASA - De Veiligheidsraad van de Verenigde Naties voelt zich aangemoedigd in haar missie voor vrede in Congo-Kinshasa na ontmoetingen met de staatshoofden van de landen die de bondgenoten van
Kinshasa zijn in het conflict. Maar de Veiligheidsraad is ongerust
over de risico's van een oplaaiing van de burgeroorlog in Burundi.
"Er is vandaag een positieve sfeer, het gevoel dat iedereen op de
ene of de andere manier een einde aan de oorlog wil maken", zegt de
ambassadeur van Frankrijk bij de VN, Jean-David Levitte. Hij staat aan het hoofd van de missie, na gesprekken in Kinshasa met de bondgenoten van Congo:
president José Eduardo Dos Santos van Angola, president Sam Nujoma van
Namibië en president Robert Mugabe van Zimbabwe.
Laatste obstakel
Alleen de rebellen van de door Oeganda gesteunde Congolese bevrijdingsbeweging MLC van Jean-Pierre Bemba, die het
noorden van Congo in handen hebben, kunnen nog voor problemen zorgen. Het MLC (Mouvement de libération du Congo) is de enige militie die haar troepen niet van de frontlijn heeft weggehaald in het kader van een akkoord over een
staakt-het-vuren dat in de zomer van 1999 in Lusaka gesloten werd.
De
leiders van de vier landen die zaterdag in Kinshasa bijeen waren,
eisten een "onmiddellijke en onvoorwaardelijke terugtrekking" van het
MLC van de frontlijn. De volgende stappen in het vredesproces zullen dinsdag in Lusaka (Zambia) besproken worden door de Veiligheidsraad en de landen
die het akkoord van Lusaka ondertekenden.
Burundi
Over de toestand in Burundi is de Veiligheidsraad minder
optimistisch. "Als één van de rebellenbewegingen de macht grijpt, zal
meteen een unanieme veroordeling van de internationale gemeenschap
volgen en zullen maatregelen getroffen worden", waarschuwt Levitte.
Franse diplomaten in Kinshasa delen de vrees van de
niet-gouvernementele Internationale Crisisgroep (ICG) dat een
"algemene burgeroorlog" dreigt nu zo'n 4.000 Hutu-rebellen de voorbije
maanden van Congo naar Burundi zijn teruggekeerd.
