WASHINGTON - De voormalige Amerikaanse president Bill Clinton heeft vandaag in The New York Times tekst en uitleg gegeven over een omstreden gratie. Vlak voor zijn vertrek uit het Witte Huis verleende Clinton gratie aan de voortvluchtige financier van Belgische origine Marc Rich.
De openbaar aanklager in New York onderzoekt of Rich wellicht via zijn ex-vrouw illegaal geld heeft overgemaakt om voor gratie in aanmerking te komen. Clinton noemt het in een gastcolumn op de internetpagina van The New York Times pertinent onwaar is dat hij genade heeft verleend omdat Rich's ex-vrouw geld heeft gegeven aan de Democraten.
,,Het is geen kwestie van voor wat hoort wat'', aldus de oud-president. Clinton heeft zelfs een aantal andere gratieverzoeken van vrienden en politieke geldschieters afgewezen, zegt hij.
In de column zet Clinton puntsgewijs zijn overwegingen bij het verlenen van gratie aan Rich en zijn zakenpartner Pincus Green op een rij. Hij noemt onder andere de aanbevelingen van gerespecteerde financieel-juridische deskundigen. Een belangrijke factor was de druk vanuit Israël en de joodse gemeenschap in de Verenigde Staten, aldus Clinton
Rich nam zeventien jaar geleden de benen naar Zwitserland. Hij ontvluchtte zo vervolging voor meerdere delicten. Hij zou zich onder meer schuldig hebben gemaakt aan oplichting, belastingontduiking en illegale oliehandel met Iran.
