Twee Franse topchefs die gevraagd waren een diner te bereiden ter waarde van 300.000 dollar voor een select groepje toeristen in Thailand, hebben deze week uit 'morele overwegingen' afgezegd. De gasten zouden voor het diner immers met een privéjet de arme sloppenwijken in het noordoosten van Thailand bezoeken.
Steeds meer toeristen ruilen zonovergoten stranden of topmusea voor sloppenwijken in Rio de Janeiro, Johannesburg, Bombay of zelfs Rotterdam, zo schrijft The New York Times. Het lijkt voyeuristisch zich te vergapen aan andermans armoede, maar het is misschien even hypocriet om als toerist door een stad te flaneren zonder zich bewust te zijn van de armoede die er heerst.
Voorstanders van de nieuwe trend benadrukken dat rondleidingen in sloppenwijken de lokale bevolking ten goede komen. Zo zorgen ze voor werk voor plaatselijke gidsen en krijgen bewoners dankzij de toeristen de kans om souvenirs of hapjes aan de man te brengen. Ook gaan heel wat organisatoren er prat op dat ze een groot deel van hun winst in de sloppenwijken pompen of aan een goed doel schenken. Sommige organisatoren, zoals een plaatselijke kerk in het Mexicaanse Mazatlán, vragen deelnemers dan weer geen geld, maar willen wel dat ze helpen broodjes smeren en flessen vullen met drinkwater voor de bewoners van de sloppenwijken.
Toch hebben niet alle organisatoren van rondleidingen in sloppenwijken even nobele bedoelingen. Vaak worden er bussen ingelegd, met airco uiteraard, van waaruit toeristen dan in het voorbijrijden foto’s kunnen maken, zoals op een safari. Soms overspoelen veel te grote groepen toeristen de kleine huizen van de bewoners om er foto’s te maken.
De kloof tussen arm en rijk is blijkbaar erg groot geworden als de rijken al gidsen nodig hebben om de armen te vinden, stellen tegenstanders. Ook klinkt er kritiek op het argument dat de rondleidingen geld naar de sloppenwijken doen stromen. 'Wie deze mensen echt wil helpen, schrijft een cheque uit.'
