Bloeiende carrière
Bij Waterschei proeft Lei al van het Europese voetbal en laat hij zich in positieve zin opmerken. Het levert hem een transfer op naar het uiterst ambitieuze KV Mechelen, waar hij het hoogtepunt van zijn carrière bereikt. Hij wint er de Belgische Beker (1987), de Europa Cup II en de Europese Supercup (1988) en de Belgische landstitel (1989).
Lei onderscheidt zich ook met individuele prijzen. In 1988 wint hij de Gouden Schoen, waarmee hij in de voetsporen treedt van Michel Preud'homme, doelman en teamgenoot bij KV Mechelen. De robuuste verdediger komt in totaal 40 keer uit voor de Rode Duivels.
In Mexico '86 haalt hij de halve finale, in Italië ‘90 de eindronde. Na zijn actieve loopbaan als voetballer richt Lei zich op het trainersvak. Hij coacht achtereenvolgens Patro Eisden, AA Gent, SK Lommel, KV Mechelen en Diest.
Tennis
Van dan af gaat ook het tennis een belangrijke rol in Lei's carrière spelen. Niet hijzelf, maar wel zijn dochter Kim speelt de pannen van het dak. Lei stelt zijn eigen persoontje op de achtergrond en focust zich op de carrière van dochterlief. Ze schopt het tot het nummer één van de wereld, de beste prestatie ooit van een Vlaamse tennister.
Wanneer Kim aankondigt het tennis te laten voor wat het is, kan Lei zich op een tweede trainersloopbaan richten. Hij wordt hoofdcoach van SK Tongeren, de ploeg waarvoor hij ook als speler al actief was.
Longkanker
Begin 2008 wordt bij Lei longkanker vastgesteld, nadat hij zich laat onderzoeken wegens een aanhoudende hoest. Hij blijkt terminaal ziek te zijn en beslist zelf om de chemokuur stop te zetten. In 1984 kreeg Lei al eens te maken met huidkanker, maar werd hij na twee operaties genezen verklaard.