Ook Leyers en Michiels waren zichtbaar blij dat ze nog eens samen op een podium stonden, zo blij zelfs dat ze al beslisten ook in 2009 een reeks optredens te brengen. ‘Het is een fantastisch gevoel om jullie terug te zien’, riep Leyers gemeend. Helaas duurde het tot in de tweede helft vooraleer Leyers en Michiels erin slaagden om het stof van hun act te blazen.
De laatste drie nummers – The way to your heart, Like a mountain en een punkdanceversie van Tell me what it takes – ging het Sportpaleis uiteindelijk toch aan het swingen en zingen. Voordien had Soulsister wel speldenprikken uitgedeeld (Changes, Well well well of Promises) maar de echte stroomstoot bleef uit.
Dat had voor een stuk ook met het publiek te maken. Wie twaalf jaar niet meer optreedt, wint geen jonge fans en ziet de eigen supporters twaalf jaar ouder worden. In het Sportpaleis zaten dan ook bijna uitsluitend dertigers en veertigers, die de opgang van Soulsister in de jaren ’80 en ’90 hadden meegemaakt en voorbeeldig en beleefd zaten te luisteren naar het gezapige optreden van Leyers en Michiels. Slechts voor een paar nummers sprong het publiek recht om te shaken. Wat een verschil met eerdere passages van Clouseau of Natalia!
De setlist liet ook niet altijd toe om te blijven rechtstaan en in de handen te klappen. Er zaten iets te veel tempowisselingen in die de vaart uit het optreden haalden. In plaats van de rustige nummers te spreiden, hadden Leyers en Michiels ze beter na elkaar gebracht.
Muzikaal zat het nochtans snor. Paul Michiels, in stijlvol zwart pak met das, en Jan Leyers, zoals steeds in een goedzittende jeans, blijven twee sterke zangers wiens stemmen samen passen als peper en zout. Dat kwam vooral tot uiting tijdens de nooit eerder gespeelde, maar beeldmooie ballad Land of broken shadows. De twee kregen bij hun reünieconcert de hulp van liefst negen topmuzikanten.
Om die groep goed te doen klinken werd de voorbije weken stevig gerepeteerd. Mét resultaat: het optreden klonk erg goed en er was duidelijk nagedacht over de arrangementen. De heren hadden zelfs een échte zwarte soul sister laten overvliegen uit de VS: backing vocal Vivica Turrentine zorgde, in combinatie met een zwarte percussionist, voor een stevige vleug African flavour.
Er zat echter een keerzijde al dat gerepeteer. Het hele optreden klonk heel erg clean, té clean om te begeesteren. Er was amper ruimte voor improvisatie. Net daardoor moest Soulsister een belangrijk stuk van zijn naam inleveren: ziel. Leyers en Michiels brachten muzikaal hoogstaand entertainment maar raakten maar heel erg zelden een gevoelige snaar bij het publiek. Ook de straffe solo’s van de muzikanten misten wat spontaneïteit door de strikte afbakeningen.
Inf: Soulsister gezien op 1 maart in het Sportpaleis. Nog op 7 en 8 maart.