Om 8u ’s morgens staan er twee boda boda’s, mini-busjes die in Oeganda dienst doen als taxi, te wachten aan de Immanuel Church for the Deaf. Met een veertig doven komen we aan op Wakiso, waar de leerlingen ons enthousiast opwachten. Ze hebben een programma opgesteld en leiden ons rond. Van de groene heuvels en de ruimte van het domein kunnen Vlaamse scholen alleen maar dromen.
De oudleerlingen hebben fruitbomen meegebracht om te planten als herinnering aan de dag. Zoals uit het plantje een boom groeit met fruit voor de leerlingen, zal ook de samenleving vruchten kunnen plukken van de schoolgaande jeugd. Als bezoeker krijg ik de eer om deel te nemen aan het ritueel. Met een paar vrouwen dek ik het boompje aan de jongensslaapzaal toe met zand. We scheppen met onze handen water om het te begieten.
Op een houtvuur aan de keuken zie ik de matooke pruttelen, gestoomde bananen in bladeren gewikkeld. Er wacht ons een lekkere lunch. Maar eerst de rest van het programma: na welkomstpresentaties en een sessie met goede raad van oud-leerlingen, volgt een debat in Oegandese Gebarentaal. Naar het voorbeeld van het parlement zijn er voorstanders en tegenstanders en is er een voorzitter.
De school heeft een gezonde traditie om samen met de leerlingen ‘uitdagingen’ terug te koppelen onder de vorm van debatten. Ze gaan daarbij geen enkel onderwerp uit de weg. Deze keer is het thema relatievorming binnen de schoolmuren. De argumenten, stevig onderbouwd, worden met de nodige humor gepresenteerd. De volle zaal volgt met glimlach en spanning de uitkomst.
De schooluniformen worden verwisseld voor sportoutfits: leerlingen en oudleerlingen nemen het tegen elkaar op in volleybal- en voetbaltornooien. Rond de pleinen wordt gesupporterd, gepraat, en gelachen. Ik spreek de oudleerlingen aan over de staking die ze in januari hadden ondernomen en vraag of de problemen nu opgelost zijn: ‘Zeker, nu hebben we rust.”
Eerder dit jaar, op een zondagmiddag in januari, was de lokale dovengemeenschap na de kerkdienst samen gekomen om de problemen van de school te bespreken. De leerlingen waren al twee weken in staking en dit vroeg om steun van de volwassen dovengemeenschap om te zoeken naar oplossingen.
Dove leerlingen en oud-leerlingen, de dove onderdirecteur, een dove priester, volwassen doven die mee hadden geïnvesteerd in de oprichting van de school en iedereen die zich betrokken voelde zocht in open vergadering mee de problemen uit. Er werd een actieplan opgesteld, de rol die de nationale dovenfederatie en het doof parlementslid zouden kunnen opnemen inbegrepen.
De aanleiding van de leerlingenstaking was corruptie van de directeur en de plannen van het bestuur om nieuwe leerkrachten aan te nemen die geen gebarentaal kenden. De 174 leerlingen van de school marcheerden daarop naar het districtshoofd. De verbazing was groot: “We wilden tonen dat doven ook kunnen staken.” De leerlingen hielden vastberaden stand voor goed onderwijs.
Met een nieuwe directeur, een nieuw bestuur en de leerkrachten die blijven, zijn de doelen bereikt, is de rust weergekeerd, en vind ik gelukkige leerlingen op Wakiso. Met dove studenten van Kenya, Tanzania, en Rwanda presenteren ze zich trots als internationale school.
De Wakiso oudleerlingendag doet me denken aan ‘homecoming’, de allumnidag die jaarlijks plaatsvindt in oktober aan Gallaudet University, de dovenuniversiteit in Washington DC waar ik drie jaar onderzoek deed. Een gebarentaalomgeving, vaak bevochten, genereert een thuisgevoel. Door uitnodiging van dove Afrikaanse studenten daar is mijn werk in Afrika begonnen.
De dag wordt afgesloten zoals hij begonnen is, met een bijeenkomst rond een boom. De meer dan 200 leerlingen, oudleerlingen, en bezoekers blikken tijdens zosondergang dankbaar terug op een mooie dag en vooruit naar een hoopvolle toekomst. Het moment is kort maar intens - aan de evenaar gaat de zon op een kwartier onder. De boda boda’s staan klaar om ons terug te brengen.