De verborgen kant van een eiland dat wacht op een happyend
Cyprus op sterk water
| Jan Desloover
Er kwamen allerhande boycots en internationale embargo's tegen het noorden – de Turkse Republiek Noord-Cyprus, geproclameerd in 1983, wordt nog altijd alleen door Turkije erkend. En met de 180 kilometer lange Groene Lijn, die onder de VN valt, kwam er een tastbare scheiding tussen de twee eilanddelen.
Voor het noorden betekenden die maatregelen meteen ook de doodsteek voor het toerisme. Pas sinds 2003, toen de Groene Lijn op een paar plaatsen min of meer openging, is er in het noordelijke eilanddeel weer sprake van toerisme die naam waardig.
Vorig jaar werden er goed 450.000 vakantiegangers geregistreerd. Nog steeds peanuts vergeleken met de ruim twee miljoen in het zuiden, maar de balans zou sneller in evenwicht kunnen zijn dan die cijfers laten vermoeden. Het aantal toeristen dat voor het noorden kiest, stijgt gestaag en sterk, terwijl de Republiek Cyprus al enkele jaren in een neerwaartse spiraal zit. Het zal geen toeval zijn dat er sinds kort vanuit enkele landen, waaronder ook België, rechtstreekse vluchten naar het noorden zijn.
In concreto naar de piepkleine luchthaven Ercan, vlak bij de – ook verdeelde – hoofdstad Nicosia. Een prettige binnenkomer is Ercan niet. De site biedt een slaapverwekkende aanblik: een lap beton met daarop een plat, karakterloos gebouwtje ter grootte van een ferme parochiezaal.
Maar die saaiheid bedriegt. Binnen wordt de bezoeker verwelkomd met de boodschap ‘Happy that I'm a Turk' en twee gigantische vlaggen: een Turkse en een Turks-Cypriotische. Officieel houden noord en zuid al een paar jaar toenaderingsgesprekken; in de praktijk kijken de twee nog met gebalde vuist naar mekaar.
Spookstad
Ook buiten de luchthaven wordt Turkije hier en daar de liefde verklaard op borden en posters. Maar je wordt er niet mee doodgemept, de politiek wordt nooit nefast voor het vakantiegevoel. Wie niks afweet van de lokale geschiedenis en uit de buurt van de Groene Lijn blijft, kan wellicht even argeloos vertrekken als hij aankwam.
Er is ook meer dan genoeg schoonheid om de aandacht af te leiden. Noord-Cyprus wordt al eens beschreven als een te lang verborgen schat die eindelijk blootgelegd is, en daar valt iets voor te zeggen.
Op nog geen halfuur noordwaarts rijden van Ercan liggen de ruïnes van het kasteel van Sint-Hilarion, gebouwd in de 7de eeuw. Aanvankelijk was het een klooster, later werd het een burcht. Naar verluidt vond Walt Disney er inspiratie voor de verfilming van Sneeuwwitje en de zeven dwergen. Je hebt er een magnifiek uitzicht over aan de ene kant ruwe en ongerepte heuvels, aan de andere kant de kustlijn. Bij helder weer zie je in de verte Turkije.
Vlakbij ligt Kyrenia, de belangrijkste badplaats en een van de gezelligste plekken van Noord-Cyprus. Het vroeg-13de-eeuwse, gotische klooster Bellapais is zeker een bezoek waard, maar de grote trekpleister is de oude haven met een indrukwekkend 16de-eeuws kasteel. Wij flaneerden er bij zonsondergang en een gezellige drukte. Er hing magie in de lucht.
Een ander, donkerder soort magie vind je in Varosha, aan de oostkust. Een ‘spookstad', heet het in folders. Eigenlijk is het een wijk van Famagusta, maar voor de rest is de omschrijving zeer terecht.
Begin de jaren 70 was Varosha, bevolkt door 30.000 Grieks-Cyprioten, niet alleen het Benidorm van Cyprus, maar ook een van de populairste reisbestemmingen ter wereld — Elizabeth Taylor, Richard Burton en Brigitte Bardot waren fans. 15 augustus 1974 veranderde alles. Het Turkse en het Grieks-Cypriotische leger trokken vanuit respectievelijk het noorden en het zuiden op naar Varosha. Uit vrees voor een slachting door de Turken vluchtte de hele bevolking halsoverkop naar het zuiden, in enkele uren tijd.
De Turken palmden het gebied in en sloten het af. Ze bezetten het nog altijd. Behalve hun militairen en VN-personeel komt niemand erin. Varosha is versteend: in de toonzalen van de toenmalige autohandels staan nog altijd de modellen van 1974. Op de binnenpleintjes van enkele huizen wapperen de resten van hemden en broeken die 35 jaar geleden te drogen werden gehangen. Gebouwen staan op instorten.
Jammer dat je al die zaken niet van dichtbij kan bekijken. Als je bij de doorroeste, bijzonder krakkemikkige omheining staat, is de verleiding groot om er gewoon voor te gaan, maar onze gids is zeer duidelijk: daar in die appartementsblokken zitten Turkse militairen en als het moet, gebruiken ze hun machinegeweren.
Waarom al die drukte, vraagt een mens zich af, maar de symboolwaarde van Varosha kan niet overschat worden. In elke onderhandelingsronde tussen noord en zuid staat de kwestie bovenaan op de agenda. De Grieks-Cyprioten willen het gebied terug, de Turken willen daar alleen over nadenken als zijzelf een vette vis in ruil krijgen. Denk BHV bij ons. Patstelling na patstelling dus.
Verloedering
Cyprus bezoeken en Nicosia links laten liggen, dat gaat natuurlijk niet. De hotspot is het stukje Groene Lijn tussen noord en zuid in Ledra Street, de belangrijkste winkelstraat van het eiland, die van het Turkse naar het Griekse deel loopt. Die barricade werd verwijderd in april 2008. Daarmee kwam het aantal ‘openingen' in de Groene Lijn op zes, vandaag zijn het er zeven.
Voor het overige is de verdeelde hoofdstad geen hoogvlieger. Veel genietbaarder is de Cypriotische natuur, die er in grote stukken van het eiland nog bij ligt als duizenden jaren geleden, onaangeroerd. Dat maakt dat een van de snelst groeiende groepen toeristen in het noorden de jonge backpackers zijn. In tegenstelling tot in het zuiden kunnen ze nog trektochten maken zonder continu op foeilelijke nieuwbouw te botsen.
Al zal dat natuurlijk niet blijven duren. Nu al zie je het beton oprukken. In Kyrenia, op een steenworp van de prachtige oude stadskern, rijzen megahotels op voor honderden toeristen. Idem in Famagusta en andere kernen. 60.000 bedden telt de Turkse Republiek nu. Tegen 2015 wil het ministerie van Toerisme er 80.000. Bijna alle nieuwe hotels gaan ze voor de all-inclusiveformule: slapen, eten, drinken, zonnen, zwemmen, sauna, fitnessen: het kan allemaal in één gebouw, je hoeft geen voet buiten de deur te zetten.
Noord-Cyprus is vooralsnog een zalige mix van prachtweer, authenticiteit en rust; een aanrader voor less is more-liefhebbers. Spoed u: binnen tien jaar zijn noord en zuid misschien nog altijd gescheiden, maar op toeristisch vlak zullen ze zeer waarschijnlijk inwisselbaar zijn.
Vliegtuigmaatschappij Corendon vliegt vanuit Brussel naar Ercan Airport