Is het ongezond om in je neus te peuteren?
<\p>
Jonge Afghaanse vluchtelingen hebben in hun eigen land nauwelijks scholing gehad. ap
Ex-directeur Fedasil bezorgd over
Bob Pleysier, ex-directeur van Fedasil en voogd van enkele minderjarige vluchtelingen uit Afghanistan, luidt de alarmbel. ‘Ongeletterde herdersjongens die plots acht uur naar school moeten, dat geeft problemen.’
Jonge Afghaanse vluchtelingen hebben in hun eigen land nauwelijks scholing gehad. ap
Ex-directeur Fedasil bezorgd over
Bob Pleysier, ex-directeur van Fedasil en voogd van enkele minderjarige vluchtelingen uit Afghanistan, luidt de alarmbel. ‘Ongeletterde herdersjongens die plots acht uur naar school moeten, dat geeft problemen.’
Brussel‘Ik ben nu voogd van vijf minderjarigen. Als vrienden me vragen hoe dat gaat, antwoord ik: een is op de goede weg, een houdt zich staande, de drie anderen zijn vogels voor de kat.’ Bob Pleysier maakt zich grote zorgen over de jongens die hij onder zijn hoede heeft, schreef hij in een opiniestuk (DS 2 januari). Het zijn Afghaanse tieners die zonder ouders in ons land zijn aangekomen, en die hij tot hun 18 jaar begeleidt en helpt.
Pleysier was tot 2007 directeur-generaal van Fedasil, de federale overheidsdienst die de opvang van asielzoekers organiseert. Sinds vier jaar werkt hij als vrijwillige voogd. ‘Sindsdien heb ik al tien tot vijftien jongens begeleid, allemaal Afghanen. Velen van hen zie ik in een doodlopend straatje terechtkomen’, zegt Pleysier. ‘Het begint vaak met mislukking op school en al snel komen ze in een vicieuze cirkel terecht. De problemen stapelen zich op. Ik vraag me zelfs af of zij hier ooit wel ingeburgerd zullen raken. Ik hoop van wel en ik zal er ook mijn best voor doen, maar het zal enorm veel tijd en energie vragen.’
Gigantische overstap
De inburgering van de niet-begeleide minderjarigen verloopt in ons land via de zogenaamde Onthaalklassen voor Anderstalige Nieuwkomers (Okan), aparte klassen in gewone secundaire scholen. Volgens Pleysier zit daar meteen het grootste probleem. ‘Velen van hen hebben in Afghanistan amper scholing gehad. Als ongeletterde herdersjongens moeten ze van de ene dag op de andere acht uur per dag op de schoolbanken gaan zitten. Die overstap is gigantisch groot. Bovendien worden ze verplicht Nederlands te leren, terwijl ze zelfs in hun eigen taal nauwelijks scholing hebben gekregen. Zelfs na twee jaar in ons land spreken ze amper Nederlands. Ik denk dat het beter zou zijn hen een combinatie van leren en werken te laten doen, in plaats van hen alleen maar naar school te laten gaan.’
‘Zelfs na twee jaar spreken ze nauwelijks Nederlands. Het zou beter zijn hen een combinatie van leren en werken te laten doen’ Bob Pleysier Voogd van minderjarige vluchtelingen
Pleysier is niet de enige voogd die zich zorgen maakt. ‘Het is een zorg die we de laatste tijd heel vaak horen’, zegt kinderrechtencommissaris Bruno Vanobbergen. Hij organiseert geregeld overleg met de voogden van niet-begeleide minderjarigen. ‘Daarbij is al het voorstel gekomen om de overgang veel geleidelijker te laten verlopen. De Afghaanse jongeren niet in één klap in een schoolsysteem van 8.30 tot 16 uur te laten meedraaien.’
Taliban
Dat de voogden zich net over de Afghaanse jongeren zorgen maken, heeft veel te maken met het onderwijs in hun thuisland, of beter: het gebrek daaraan. ‘Een van de jongeren die ik begeleid, heeft twee jaar in een koranschool gezeten, meer niet’, zegt de Hasseltse voogd Willem Mignolet. ‘Het gevolg van het beleid van de Taliban. Het is een groot verschil met de Afghaanse minderjarigen die ik begeleidde toen ik net als voogd begon, bijna vijftien jaar geleden. Zij waren veel beter geschoold.’
Net als Pleysier hoopt Mignolet dat het uiteindelijk goedkomt met hun inburgering. ‘Maar het zal niet gemakkelijk zijn.’ Het is de bevoegdheid van Vlaams minister Liesbeth Homans (N-VA) om eventueel in te grijpen. Ze was gisteren niet bereikbaar voor commentaar, ook Fedasil wilde niet reageren.
Dirk Vertommen