De zwanenzang van de Regie der Gebouwen
De Regie der Gebouwen beheert de Belgische overheidseigendommen nog steeds op dezelfde manier als de...
Dirk Huyghe
De spaarders en renteniers mogen juichen. Na dertig jaar dalen (en staatsobligaties met negatieve rente) gaat de rente weer stijgen. Specialist Peter De Coensel (Bank Degroof Petercam) legt uit waarom en hoeveel.
Dirk Huyghe
De spaarders en renteniers mogen juichen. Na dertig jaar dalen (en staatsobligaties met negatieve rente) gaat de rente weer stijgen. Specialist Peter De Coensel (Bank Degroof Petercam) legt uit waarom en hoeveel.
Brussel‘Er is een grote kentering onderweg’, drukt Peter De Coensel, hoofd van de vastrentende beleggingen bij Bank Degroof Petercam, ons op het hart. ‘Alles wijst erop dat de rentes gaan klimmen.’ Vandaag heerst de stilte voor de storm. Dat is niet zo verbazend: het einde van de dalende rente is al zo vaak aangekondigd, dat het moeilijk is nog in het omgekeerde te geloven. Zo komt het dat echt grote trendwijzigingen vaker wel dan niet verrassen, zelfs al zal iedereen achteraf erkennen dat een kind het kon zien aankomen.
1.
Wat zijn de eerste signalen?
De rente- en obligatiemarkten zijn groot met diverse categorieën. In sommige markten is de rente historisch diep gezakt. Maar dat geldt niet voor overheidsobligaties, de kanarie van de koolmijn. Een jaar geleden had een tienjarige Duitse rente een negatieve rente van 0,2 procent, vandaag is dat al 0,45 procent positief. De rente op een mandje Europese overheidsobligaties bood vorig jaar een rente van 0,24 procent. Vandaag is dat 0,55 procent (zie tabel). Toch is dat nog altijd te weinig om een klim van de inflatie of de reële rente te compenseren. Daarvoor alleen is een rente van 1 procent nodig.
Tegelijk is de rente op bedrijfsobligaties in euro en vooral die van bedrijfsobligaties met een zwakkere kredietwaardigheid (high yield of hoogrentende obligaties) wel nog gezakt. De rente is zelfs niet meer voldoende om normale kredietverliezen te vergoeden. Dit wijst op een extreme overdrijving of een zeepbel die op ontploffen staat.
2.
Wat zal de trend verder omkeren?
‘De centrale bankiers zijn het geweer van schouder aan het veranderen. Bijna tien jaar lang hebben ze zoveel obligaties gekocht dat ze nu op een enorme berg papier zitten. Zij hebben de obligatiemarkten compleet uit hun hengsels getrokken. Normale wetten en regels golden niet meer’, zegt Peter De Coensel. ‘Maar Janet Yellen van de Federal Reserve heeft nu aangekondigd dat ze ermee wil stoppen. Nog dit jaar zal de Amerikaanse centrale bank niet langer obligaties opkopen met coupons of met geld dat ze ontvangen van obligaties op vervaldag. In 2018 zullen de Amerikanen hun balans afbouwen met 400 miljard dollar en in 2019 met 500 miljard dollar. Dat is een grote koper die verdwijnt. Niemand twijfelt eraan dat de ECB volgend jaar de inkopen gradueel zal afbouwen tot nul.’
3.
Hoe hoog kan de rente stijgen?
Volgens de basisprognose van de specialist van Bank Degroof Petercam kan er tegen eind 2018 bij de twee referenties voor de tienjarige staatsobligaties pakweg 100 basispunten of 1 procent bij komen. De Duitse rente zou dan draaien rond 1 à 1,25 procent en de Amerikaanse rond 3,25 procent. De volgende jaren kan de Duitse tienjarige rente oplopen tot 2 procent en de Amerikaanse tot 4 procent. Maar verrassingen zijn altijd mogelijk. De Coensel: ‘Nauwelijks een jaar gelden dacht men dat de potentiële groei voor de Europese economie beperkt was tot 1 procent. Nu stevenen we plots af op 2 procent of meer.’ En de inflatie? ‘Die is niet dood, maar zal tot leven komen als de werkloosheid in de VS verder zakt.’
4.
Kan de obligatierente de pan uitrijzen?
De Coensel: ‘Ik denk dat de Fed de beleidsrente (kortetermijnrente) meer zal verhogen dan verwacht. En de centrale bankiers zullen de markten wel duidelijk maken dat ze zullen ingrijpen als de obligatierente te hoog klimt. Ze zullen dan opnieuw obligaties inkopen.’
5.
Het worden moeilijke tijden voor obligatiebeleggers?
Ja en neen. Ja, want de aanpassing kan met schokken gebeuren. En een forse klim kan langlopende obligaties (‘duratie’ in de tabel) in waarde doen verminderen. De vraag is ook wat het effect zal zijn op hoogrentende obligaties, waar ook door partijen werd belegd, die er niet horen. ‘Wie via trackers of passieve fondsen in obligaties is belegd, loopt gevaar’, waarschuwt De Coensel.
Maar per saldo breken betere tijden aan, want hogere rentes zijn uiteraard positief voor de opbrengsten (zie tabel: de verwachte return stijgt als de rente klimt). Professionele beleggers kunnen ook extra rendement halen door de looptijd van de obligaties constant te houden en aflopende obligaties te vervangen door langer lopende (zie tabel: roll down return).
6.
Welke obligatiecategorie is vandaag het interessantste?
De overheidsobligaties uit de groeilanden. Met een lopende rendement van 5,27 procent is het positieve verschil met de andere categorieën enorm. Bovendien neemt de inflatie er af, kunnen de centrale banken de (hoge) beleidsrente verder verlagen en kunnen de munten nog verder aan waarde winnen. Precies het omgekeerde van de situatie in het Westen.