Jonge internetondernemers zien er helemaal niet uit zoals Facebooks ceo Mark Zuckerberg. Ze dragen heus niet allemaal hoodies en sneakers. Tenminste, toch niet wanneer ze op zoek zijn naar geld. Want ...
Kleine ondernemers zoeken groot kapitaal
Om de wereld te veroveren zijn miljoenen nodig
| Karsten LemmensJe hebt start-ups, en je hebt scale-ups. De ene zoekt nog naar geld om aan zijn bedrijf te beginnen, de andere heeft de eerste miljoenen al binnen en zoekt geld om de wereld te veroveren. Op Level Up kregen zulke scale-ups de kans om zich aan het kruim van investerend Europa te verkopen.

Jonge internetondernemers zien er helemaal niet uit zoals Facebooks ceo Mark Zuckerberg. Ze dragen heus niet allemaal hoodies en sneakers. Tenminste, toch niet wanneer ze op zoek zijn naar geld. Want dan zie je er maar best een beetje patent uit. Propere schoenen, een keurig vest, een zedige das. Zoiets.
Misschien heeft het publiek er wel iets mee te maken. In de zaal zitten geldschieters met de hoofdletter G. Internationale investeringsfondsen van soms honderden miljoenen euro’s groot. Om hun aandacht te trekken, doe je maar beter je nette schoenen aan.
Scale-up
We zitten in de conferentiezalen van de Gentse Ghelamco Arena. Tientallen jonge ondernemers krijgen er exact 7 minuten om hun business te pitchen. Een klok achter in de zaal telt hun seconden meedogenloos af. Dit zijn bedrijfjes die de start-upfase al zijn ontgroeid. Ze hebben hun eerste financieringsronden al binnen. De eerste miljoenen om van de grond te komen. Maar om de wereld te veroveren is meer nodig. Niet voor niets worden ze daarom scale-ups genoemd. Het evenement heet toepasselijk Level Up, en wil Belgische scale-ups voorstellen aan een lokaal én internationaal investeerderspubliek. In de zaal zitten enkele kleppers van potentiële geldschieters.
Maar hoe overtuig je hen om eens voor jou in hun diepe zakken te tasten? Door op het podium je bedrijf en product zo helder mogelijk te omschrijven. Op elk scherm eender welke computertoepassing kunnen draaien (Awingu), de cashflow van een bedrijf gedetailleerd opvolgen (Cashforce), maken dat tv-kijkers rechtstreeks spullen kunnen kopen die ze op televisie zien (Appiness). En om die investeerders nog hongeriger te maken luidt het magische woord: opportunity. Uitleggen dat er nog veel markten in te palmen vallen, wereldwijd. En dat ze een plan en het juiste team hebben om daarin te slagen.
‘Wij willen onze internationale expansie voortzetten’, klinkt het met de regelmaat van een klok. ‘Daarom zijn we op zoek naar een internationale investeerder om dat te realiseren.’ Nadien, wanneer de pitches afgelopen zijn, volgen er korte, persoonlijke ontmoetingen in kleine vergaderzaaltjes.
Kleine kans
‘Ik heb al met twee bedrijfjes een opvolggesprek’, zegt Fred Destin, Belg en partner bij Accel in Londen, een van de grootste investeringsbedrijven in Europa. Zijn fonds is liefst 500 miljoen dollar groot. Maar de kans dat die twee wat van zijn geld zullen krijgen, is vreselijk klein. ‘We doen maar een tiental deals per jaar wereldwijd’, zegt hij. ‘We zijn erg selectief. De ondernemer moet zo indrukwekkend zijn dat ik er een beetje bang van word. Eentje die door een muur zou rijden. Of het product moet een ongelimiteerde schaal kunnen behalen.’ Dat zijn strenge selectiecriteria voor de toch wel bescheiden Vlaamse scale-ups die hier aanwezig zijn.
Maar wat niet is, kan nog komen. Wie weet zijn ze over enkele jaren wél het investeren waard, zegt Destin. In elk geval staan ze dan al op zijn radar.
Hij gelooft oprecht dat ook België het in zich heeft om grote kleppers voort te brengen. ‘Onlangs stapten we uit een bedrijf uit het Zweedse Malmö’, zegt hij. ‘Het was intussen 3 miljard waard. Als die kerels uit Malmö dat kunnen, waarom zouden gasten uit Gent dat dan niet kunnen?’
Nicolas Christiaen, een jonge gast van de scale-up Cashforce, zat samen met mensen van het Amsterdamse investeringsfonds HPE Growth Capital. Ook hij beseft dat de kans klein is dat een groot fonds nu al voor zijn bedrijf gaat. ‘Maar het gaat ook om het netwerk’, zegt hij. Misschien kennen ze wel andere investeerders die geschikt zijn, of mogelijk interessante klanten uit hun eigen portefeuille. De ondernemer lacht. ‘Het is nóóit verloren tijd om een kwartiertje voor een investeerder te pitchen.’