Er zijn nog zekerheden. De parlementsleden van Vlaams Belang en N-VA blijven overtuigd dat het federale België verder moet worden uitgekleed en dat de deelstaten zo goed als alle bevoegdheden naar ...
Onderzoek naar institutionele voorkeur parlementsleden
Staatshervorming kan voor meeste partijen ook in andere richting
| Van onze redacteurAls er in 2019 weer communautaire onderhandelingen komen, zullen die er mogelijk heel anders uitzien dan in 2011. Het opnieuw federaliseren van bevoegdheden is voor de meeste partijen geen taboe meer. Een Vlaamse meerderheid hebben ze evenwel nog niet.

Er zijn nog zekerheden. De parlementsleden van Vlaams Belang en N-VA blijven overtuigd dat het federale België verder moet worden uitgekleed en dat de deelstaten zo goed als alle bevoegdheden naar zich toe moeten trekken. Maar ze staan met die opvatting wel helemaal alleen. CD&V ziet een kleine verschuiving naar de regio’s nog zitten, maar bij alle andere partijen is een heel ander geluid te horen. ‘Er zijn verschillen binnen die partijen, maar gemiddeld lijkt voor hen de slinger bij de zesde staatshervorming al te ver doorgeslagen. Als er nog bevoegdheden verschuiven, dan mag dat in de andere richting, terug naar het federale niveau’, zegt politicoloog Dave Sinardet (VUB).
Het is een van de opvallende conclusies uit een onderzoek dat hij deed samen met Jérémy Dodeigne en Min Reuchamps van de UCL. Zij hielden een enquête bij regionale en federale parlementsleden om te peilen naar hun institutionele voorkeuren en hun identiteitsgevoelens. Dat deden ze in 2011 ook al (DS 27 mei 2013), maar de setting was toen compleet anders. België had net het wereldrecord voor de langst aanslepende regeringsonderhandelingen op zak en er werd nog volop onderhandeld over de zesde staatshervorming. Nu werd de enquête gedaan net na de federale regeringsvorming, eind 2014 en begin 2015. Een regeringsvorming waarbij bovendien werd afgesproken dat het communautaire vijf jaar in de koelkast ging. Van de 448 bevraagde parlementsleden in de Kamer, de Senaat en het Waals en het Brussels parlement, namen er 277 deel. Internationaal gezien is dat zeer veel voor een dergelijk onderzoek, aldus Sinardet.
De onderzoekers spreken van een heuse ‘herfederaliseringsbocht’. De parlementsleden werd gevraagd zich te situeren op een schaal van 0 tot 10, waarbij 0 staat voor alle bevoegdheden naar de gewesten en de gemeenschappen, 5 voor de huidige situatie en 10 voor alle bevoegdheden federaal. Op N-VA, CD&V en Vlaams Belang na, zitten alle partijen hoger dan 5. ‘In 2011 was men bij elke partij te vinden voor een staatshervorming en wilde aan Vlaamse kant ook iedereen meer bevoegdheden voor Vlaanderen. Nu kan de discussie ook de andere kant op gaan. Men lijkt met meer openheid tegen een staatshervorming aan te kijken. Off the record hoor je politici wel vaker zeggen dat men op sommige vlakken te ver is gegaan met splitsen’, zegt Sinardet. Hij wijst in dat verband naar het buitenlands beleid en de discussies over de versnippering van het veiligheidsbeleid.
Vlaamse kloof
De scheiding loopt niet tussen noord en zuid, de kloof situeert zich tussen de Vlaamse partijen. Daar zitten de beide uitersten. De parlementsleden die het meest voelen voor een herfederalisering van bevoegdheden, zitten aan Vlaamse kant, bij SP.A en Groen (beiden 5,8). Hun scores liggen hoger dan eender welke Franstalige partij. De N-VA (0,6) en Vlaams Belang (0) gaan daarentegen voluit voor defederalisering. De enige niet-nationalistische partij die er voorstander van blijft om meer bevoegdheden te regionaliseren is CD&V (4,5). Samen staan zij wel nog voor een ruime meerderheid van de Nederlandstalige zetels in de Kamer.
N-VA, Vlaams Belang, CD&V en PS tonen zich trouwens hechte blokken. De antwoorden binnen de partij liggen er dicht bij elkaar. Bij de liberalen van MR zijn de verschillen binnen de partij het grootst.
Aan Franstalige kant wordt de Belgische kar wel duidelijk getrokken door MR (5,7), de PS (5,2) zit het dichtst bij het status-quo. ‘N-VA en MR vormen een sociaal-economische alliantie, maar communautair liggen zij duidelijk het verst uiteen. De afstand is zelfs groter dan die tussen N-VA en PS. Elke keer dat N-VA dus het communautaire oppookt, brengt ze de MR in problemen. Ze willen de PS buiten houden en verder besturen met de MR, maar toch geven ze voortdurend de boodschap dat ze de afbraak van België willen voortzetten.’